Nieuwe pagina: bestuurseenheid.zittingen.zitting.uittreksels.detail.raw

Vlaanderen

publicatie.gelinkt-notuleren.vlaanderen.be Naar de hoofdinhoud

Type document
Uittreksel document

Openbare behandeling van agendapunt

Reglement betreffende de subsidiëring van innovatieve projecten ter versterking van Limburgse steden en gemeenten – wijziging en nieuwe vaststelling (gepland)

Aanwezigen bij agendapunt

Aanwezige leden

  • Carine Achten (Provincieraadslid)
  • Koen Albregts (Provincieraadslid)
  • Huub Broers (Provincieraadslid)
  • Marijke Bruninx (Provincieraadslid)
  • Jessie De Weyer (Provincieraadslid)
  • Peter Deltour (Provincieraadslid)
  • Danny Deneuker (Provincieraadslid)
  • Liesbeth Fransen (Provincieraadslid)
  • Liesbet Gabriels (Provincieraadslid)
  • Myrthe Hoffmeister (Provincieraadslid)
  • Tine Jans (Provincieraadslid)
  • Leo Joosten (Provincieraadslid)
  • Rita Keunen (Provincieraadslid)
  • Yasin Kilic (Provincieraadslid)
  • Bert Lambrechts (Provincieraadslid)
  • Ann Leyssens (Provincieraadslid)
  • Liesbeth Maris (Provincieraadslid)
  • Inge Moors (Provincieraadslid)
  • Philippe Nys (Provincieraadslid)
  • Koen Ooms (Provincieraadslid)
  • Jean-Paul Peuskens (Provincieraadslid)
  • Igor Philtjens (Provincieraadslid)
  • Jochen Schuermans (Provincieraadslid)
  • Raf Truyens (Provincieraadslid)
  • Frederick Vandeput (Provincieraadslid)
  • Tom Vandeput (Provincieraadslid)
  • Maurice Webers (Provincieraadslid)
  • Luc Wouters (Provincieraadslid)

Afwezige leden

  • Ismail Ayed (Provincieraadslid)
  • Katrien Lambrechts (Provincieraadslid)
  • Erhan Yilmaz (Provincieraadslid)

Stemmingen bij agendapunt

De leden van de raad stemmen openbaar

het voorstel van besluit

Aanwezigen tijdens de stemming

  • Carine Achten
  • Koen Albregts
  • Huub Broers
  • Marijke Bruninx
  • Jessie De Weyer
  • Peter Deltour
  • Danny Deneuker
  • Liesbeth Fransen
  • Liesbet Gabriels
  • Myrthe Hoffmeister
  • Tine Jans
  • Leo Joosten
  • Rita Keunen
  • Yasin Kilic
  • Bert Lambrechts
  • Ann Leyssens
  • Liesbeth Maris
  • Inge Moors
  • Philippe Nys
  • Koen Ooms
  • Jean-Paul Peuskens
  • Igor Philtjens
  • Jochen Schuermans
  • Raf Truyens
  • Frederick Vandeput
  • Tom Vandeput
  • Maurice Webers
  • Luc Wouters

Effectieve stemmers

  • Carine Achten
  • Koen Albregts
  • Huub Broers
  • Marijke Bruninx
  • Jessie De Weyer
  • Peter Deltour
  • Danny Deneuker
  • Liesbeth Fransen
  • Liesbet Gabriels
  • Myrthe Hoffmeister
  • Tine Jans
  • Leo Joosten
  • Rita Keunen
  • Yasin Kilic
  • Bert Lambrechts
  • Ann Leyssens
  • Liesbeth Maris
  • Inge Moors
  • Philippe Nys
  • Koen Ooms
  • Jean-Paul Peuskens
  • Igor Philtjens
  • Jochen Schuermans
  • Raf Truyens
  • Frederick Vandeput
  • Tom Vandeput
  • Maurice Webers
  • Luc Wouters

goedgekeurd, met eenparigheid van stemmen

Openbare titel besluit:

Reglement betreffende de subsidiëring van innovatieve projecten ter versterking van Limburgse steden en gemeenten” – wijziging en nieuwe vaststelling 


De provincieraad van Limburg, 


  • Gelet op de volgende beleidsdoelstelling, actieplan en actie van het meerjarenplan MJP 2020-2025:

    beleidsdoelstelling BD000001 Limburg economisch door ontwikkelen

    - actieplan AP000001 Werken aan een veerkrachtig en toekomstbestendig economisch systeem

    - actie AC000007 Initiëren van nieuwe kansen voor de stedelijke retail als belangrijke drager van de Limburgse stedelijke omgeving;
  • Overwegende dat de steden/gemeenten Beringen, Bilzen, Bree, Leopoldsburg, Lommel, Maaseik, Maasmechelen, Pelt, Sint-Truiden en Tongeren in de VRIND (Vlaams Regionale Indicatoren) -classificatie (ruimtelijke indeling op basis van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen) erkend zijn als kleinstedelijk gebied;
  • Overwegende dat de provincie Limburg, in samenwerking met de Limburgse steden/gemeenten, erkend als kleinstedelijk gebied, UNIZO en de Breda University of Applied Sciences in 2017 het cocreatietraject “Naar de Kern” heeft gelanceerd;
  • Gelet op het feit dat de problematiek van toenemende leegstand, onaantrekkelijke stadskernen en verminderde koopattractie in Limburg verder reikt dan de tien kleinstedelijke gebieden, waardoor het traject ‘Naar de kern’ is uitgebreid naar meerdere steden en gemeenten onder de noemer ‘Naar de Kern Compact’;
  • Overwegende dat bij de keuze van steden en gemeenten een selectie is gedaan op basis van twee basiscriteria die beiden vervuld moeten zijn :

    minstens beschikken over een uitrustingsgraad: “matig uitgeruste steden en gemeenten”, conform het onderzoek ‘Uitrustingsgraad van de Vlaamse gemeenten 2018 – Een typologie’

    minstens beschikken over een totale winkelvloeroppervlakte van 15 000 m²;

  • Overwegende dat voor het traject ‘Naar De Kern Compact’ op basis van bovenvermelde definitie 18 gemeenten in aanmerking komen: Alken, Bocholt, Diepenbeek, Dilsen-Stokkem, Ham, Hamont-Achel, Hechtel-Eksel, Herk-De-Stad, Heusden-Zolder, Houthalen-Helchteren, Kinrooi, Lanaken, Lummen, Oudsbergen, Peer, Riemst, Tessenderlo en Zonhoven;
  • Overwegende dat zich 3 gemeenten kandidaat hebben gesteld, zijnde Lanaken, Lummen en Oudsbergen;
  • Overwegende dat met het traject “Naar de Kern” en “Naar de Kern Compact” een duurzame toekomstgerichte visie voor de handelskern van de deelnemende gemeenten wordt beoogd;

    dat deze visie samen met (retail) experten, ondernemers en inwoners wordt uitgewerkt;

    dat deze visie gebaseerd is op unieke waarden en beelden, die het DNA van de stad of gemeente vorm, ruimte, richting en dynamiek geven voor een duurzaam lokaal ondernemersklimaat in tijden van verandering in consumententrends en in het retaillandschap;


  • Overwegende dat als resultaat van het traject een Kernkompas wordt opgesteld;

    dat het Kernkompas de schriftelijke neerslag van het cocreatietraject is, het gemeentelijke DNA beschrijft en een aantal adviezen en/of actieplan voor een toekomstgerichte versterking van de handelskern formuleert;

  • Overwegende dat deze ondersteuning aansluit bij het provinciale-gemeentelijke partnerschap voor de realisatie van vitale en toekomstbestendige handelskernen in Limburg;

    dat door te focussen op de unieke troeven en kansen van de handelskernen van de kleinstedelijke gebieden, een complementair provinciaal handelsnetwerk wordt gevormd;

    dat de realisatie van bedrijvige handelskernen een positieve impact op de koopbinding en -attractie genereert;

    dat een sterke koopbinding en -attractie positieve effecten op het lokale ondernemerschap hebben;

    dat hierdoor wordt bijgedragen aan een gunstig lokaal ondernemersklimaat;

  • Overwegende dat met de uitvoering van het Kernkompas een bijdrage wordt geleverd aan de realisatie van duurzame bedrijvige kernen; 
    dat de deelnemende steden/gemeenten moeten ondersteund worden in de uitvoering van de adviezen en actieplannen van het Kernkompas;

  • Overwegende dat het om bovenvermelde redenen noodzakelijk is om over te gaan tot de wijziging van het subsidiereglement; 

  • Gelet op het “Reglement betreffende de subsidiëring van innovatieve projecten ter versterking van de kernen van Limburgse steden en gemeenten” van 19 september 2018, gewijzigd en opnieuw vastgesteld op 15 mei 2019; 

  • ​Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige subsidies; 
  • ​Gelet op het besluit van de provincieraad van 24 oktober 2012 betreffende de controle op de toekenning en de aanwending van subsidies en de normen voor reservevorming; 
  • Gelet op het besluit van de provincieraad van 20 maart 1996 betreffende de herkenbaarheid van het provinciebestuur in provinciale subsidiereglementen; 

  • Gelet op de budgetsleutels 649000/2/0590 – Algemene werkingssubsidies /Overige economische zaken en 664000/2/0590 – Toegestane investeringssubsidies/Overige economische zaken van het meerjarenplan; 

  • Gelet op artikel 42 van het provinciedecreet



          Beslist,

          I     VOORWERP VAN HET SUBSIDIEREGLEMENT

          Artikel 1: doel en doelgroep

          Binnen de perken van het jaarlijks vastgestelde budget kan de deputatie een subsidie verlenen voor innovatieve projecten die, in uitvoering van het Kernkompas van het cocreatietraject “Naar de Kern” en “Naar de Kern Compact”, tot doel hebben de kernen van de Limburgse steden en gemeenten, te versterken.

          Artikel 2: verklaring termen of begrippen

          Project: beleidsactie die in tijd en opzet begrensd is en waarvan de inhoud en omvang niet vervat is in de reguliere gemeentelijke beleidsuitvoering.

          Innovatief project: een vernieuwend en realiseerbaar project gericht op consumenten of ondernemers dat als doel heeft de winkelbeleving voor bezoekers van de stads- of gemeentekern en de koopbinding en -attractie te verbeteren, de kern van de stad of gemeente te versterken of de kansen voor de in de kern gevestigde ondernemers op het succesvol exploiteren van hun zaak te vergroten.

          Koopbinding: mate waarin de inwoners goederen in de eigen gemeente kopen.

          Koopattractie: mate waarin inwoners van een andere gemeente goederen in de desbetreffende gemeente kopen.

          Naar de Kern / Naar de Kern Compact: dit is een cocreatietraject waarbij een selectie van Limburgse steden en gemeenten, samen met (retail)experten, ondernemers en inwoners, op zoek zijn gegaan naar een nieuwe toekomstvisie om de stadskern voor de toekomst te versterken. Deze visie is gebaseerd op unieke waarden en beelden, die het DNA van de stad of gemeente vorm, ruimte, richting en dynamiek geven voor een duurzaam lokaal ondernemersklimaat in tijden van verandering in consumententrends en in het retaillandschap.


          Kernkompas: het Kernkompas is de schriftelijke neerslag van het cocreatietraject “Naar de Kern” en “Naar de Kern Compact”, het beschrijft het DNA en formuleert een aantal adviezen en acties voor een toekomstgerichte versterking van de handelskern.

          Uitrustingsgraad: de uitrustingsgraad wordt bepaald aan de hand van acht gebieden : onderwijs, zorg, publieke en zakelijke dienstverlening, persoonlijke dienstverlening, horeca, detailhandel, cultuur en recreatie en sport.

          Matig uitgeruste steden en gemeenten: dit zijn steden en gemeenten die minstens matig scoren qua uitrustingsgraad verdeeld over acht gebieden: onderwijs, zorg, publieke en zakelijke dienstverlening, persoonlijke dienstverlening, horeca, detailhandel, cultuur en recreatie en sport volgens het onderzoek ‘uitrustingsgraad van de Vlaamse gemeenten 2018 – een typologie’. 

          II     VOORWAARDEN VOOR SUBSIDIETOEKENNING
          Artikel 3: voorwaarden waaraan de aanvrager moet voldoen

          Om in aanmerking te komen voor een subsidie moet de aanvrager aan de volgende voorwaarden voldoen:

          -(A) een stad of gemeente zijn met zetel op het grondgebied van de provincie Limburg (B) en erkend als kleinstedelijk gebied of een Autonoom Gemeentebedrijf (AGB) zijn in de volgende stad of gemeente: Beringen, Bilzen, Bree, Leopoldsburg, Lommel, Maaseik, Maasmechelen, Pelt, Sint-Truiden en Tongeren

          of

          (B) een matig uitgeruste stad of gemeente zijn met een winkelvloeroppervlakte van minstens 

          15 000 m2 zijn met zetel op het grondgebied van de provincie Limburg (B) of een Autonoom Gemeentebedrijf (AGB) zijn in de volgende stad of gemeente: Lanaken, Lummen en Oudsbergen

          -het cocreatietraject “Naar de Kern” of “Naar de Kern Compact” hebben doorlopen en beschikken over een Kernkompas

          -indien vereist, de toestemming van de betrokken eigenaar(s) en wegbeheerder(s) voor de projectrealisatie hebben verkregen

          de aanvrager mag één of verscheidene projecten in het kader van dit reglement indienen doch de gecumuleerde subsidie mag gedurende de volledige looptijd van het reglement:

               o    maximaal 100 000,00 euro bedragen voor gemeenten uit categorie A

               o     maximaal 50 000,00 euro bedragen voor gemeenten uit categorie B

          -voldoen aan alle verplichtingen die voortvloeien uit eerdere toekenningen van gelijkaardige of andere subsidies van de provincie Limburg.
          Artikel 4: voorwaarden waaraan het project inhoudelijk moet voldoen

          Om in aanmerking te komen voor een subsidie moet het project inhoudelijk aan de volgende voorwaarden voldoen:

          -inhoudelijk beantwoorden aan de begrippen vermeld in artikel 2 van dit reglement

          -innovatief van karakter en complementair aan het regulier retailbeleid van de stad/gemeente zijn

          -het project moet een verbindend en duurzaam karakter hebben

          -inpasbaar zijn in het Kernkompas, opgesteld tijdens het cocreatietraject ”Naar de Kern” of 

          “Naar de Kern Compact”

          -een samenwerking uitbouwen tussen de stad/gemeente/AGB en de plaatselijke stakeholders, o.a. ondernemers en inwoners

          -financieel en praktisch haalbaar zijn (qua begroting, knowhow, organisatie, mankracht en timing)

          -binnen een termijn van 24 maanden, vanaf het besluit van de deputatie waarin de subsidie werd toegekend, uitvoerbaar zijn

          -binnen de gemeentegrenzen worden uitgevoerd

          -uiterlijk bij de aanvang vergund zijn, indien het project vergunningsplichtig is.
          Artikel 5: voorwaarden waaraan het project financieel moet voldoen

          Om in aanmerking te komen voor een subsidie moet het project financieel aan de volgende voorwaarden voldoen:

          -het project mag nooit voor meer dan 100 % gefinancierd worden.
          III     INDIENING VAN DE SUBSIDIEAANVRAAG
          Artikel 6: de termijn, wijze en het adres van de indiening van de aanvraag

          De aanvraag tot het verkrijgen van een subsidie kan op de volgende wijze gebeuren:

          -per post 

          -afgeven tegen ontvangstbewijs

          -elektronisch.

          Elektronische indiening geniet de voorkeur.

          Meteen na het indienen wordt de ontvangst van de aanvraag bevestigd en worden het verdere verloop en eventuele bijkomende instructies meegedeeld aan de aanvrager.

          De aanvraag tot het verkrijgen van een subsidie moet ten laatste vóór de start van het project en uiterlijk op 30 oktober van het lopende jaar ingediend worden.

          De aanvraag moet ingediend worden op volgend adres:

          Dienst Economie

          Directie Ondernemen

          provincie Limburg

          Universiteitslaan 1, 3500 Hasselt

          Tel. 011 23 74 21

          E-mail economie@limburg.be

          Website www.limburg.be/subsidies
          Artikel 7: documenten in te dienen bij de aanvraag

          Voor iedere aanvraag moeten de volgende documenten in 1 exemplaar ingediend worden:

          -een volledig ingevuld, gedateerd en ondertekend aanvraagformulier met een begroting van ontvangsten en uitgaven van het project

          -een uitgebreide inhoudelijke projectomschrijving met:

               -een duidelijke kwalitatieve omschrijving van de ingezette instrumenten en te ontwikkelen acties, nodig om de projectdoelstellingen te realiseren

               -een omschrijving van de wijze waarop de aanvraag tegemoetkomt aan de voorwaarden van dit reglement

               -een omschrijving van de wijze waarop het project uitvoering geeft aan het Kernkompas

               -een omschrijving van de wijze waarop de samenwerking tussen de stad/gemeente/AGB en de plaatselijke stakeholders, o.a. ondernemers en inwoners, wordt beoogd

               -de uitdrukking van de impact van het project in volgende indicatoren:

                    -aantal acties ter versterking van de handelskern

                    -aantal ondernemers die rechtstreeks in het project zijn betrokken

                    -aantal handels- en horecazaken waarop het project een potentieel effect heeft 

                    -de potentiële impact op de koopbinding en -attractie

          -een communicatieplanning voor het project

          -een kopie van het bewijs dat de toestemming van de betrokken eigenaar(s) en wegbeheerder(s) werd verkregen indien de stad/gemeente/AGB geen eigenaar is van de grond waarop het project wordt gerealiseerd

          -een kopie van het bewijs van vergunning indien het project vergunningsplichtig is.

          Bij een elektronische aanvraag geldt het mailbericht als ondertekening. 
          Het aanvraagformulier is beschikbaar op de bovenvermelde website of kan op het adres vermeld in bovenvermeld artikel opgevraagd worden.

          IV     TOETSING VAN DE SUBSIDIEAANVRAAG
          Artikel 8: toetsing op tijdigheid

          Aanvragen die worden ingediend na 30 oktober van het lopende jaar komen in dat jaar niet meer in aanmerking voor een subsidie in het kader van dit reglement.

          De postdatum of bij onleesbaarheid de datum van ontvangst bij het bestuur geldt als datum voor de toetsing. 


          De aanvrager zal hiervan schriftelijk op de hoogte worden gebracht.
          Artikel 9: toetsing op volledigheid

          De aanvraag wordt onderzocht op volledigheid binnen een termijn van 20 kalenderdagen, te rekenen vanaf de postdatum of bij onleesbaarheid de datum van ontvangst van de aanvraag bij het bestuur.

          De aanvrager die een onvolledige aanvraag indient, krijgt schriftelijk de vraag om de ontbrekende documenten alsnog in te dienen binnen de meegedeelde termijn. Een aanvraag die niet vervolledigd wordt binnen deze termijn komt in dat jaar niet meer in aanmerking voor een subsidie in het kader van dit reglement.

          De aanvrager zal hiervan schriftelijk op de hoogte worden gebracht.
          Artikel 10: toetsing aan de voorwaarden waaraan de aanvrager moet voldoen en aan de voorwaarden waaraan het project inhoudelijk en financieel moet voldoen

          De aanvraag wordt getoetst aan de voorwaarden vermeld in het reglement. Indien nodig voor de beoordeling van de aanvraag, kan een bespreking en bijsturing van de ingediende projecten worden voorgesteld.

          De aanvrager zal hiervan schriftelijk op de hoogte worden gebracht.
          Artikel 11: toetsing op krediet

          Indien de kredieten die in het budget voor dit reglement zijn ingeschreven uitgeput zijn, komt de aanvraag in het lopende budgetjaar niet meer in aanmerking voor toekenning. 

          Indien de kredieten die in het budget voor dit reglement zijn ingeschreven ontoereikend zijn:

          -wordt in de eerste plaats rekening gehouden met de postdatum of bij onleesbaarheid de datum van ontvangst van de aanvraag en komen de aanvragen chronologisch in aanmerking

          -kan de aanvrager binnen de looptijd van dit reglement een geactualiseerde subsidieaanvraag indienen zodra er terug voldoende kredieten ter beschikking zijn (in een volgend budgetjaar of na een budgetwijziging); de aanvraag wordt dan in zijn geheel opnieuw getoetst aan de voorwaarden vermeld in dit reglement.

          De aanvrager zal hiervan schriftelijk op de hoogte worden gebracht.

          Artikel 12: besluitvorming over de subsidieaanvraag

          De deputatie beslist binnen een termijn van 60 kalenderdagen, te rekenen vanaf de datum van ontvangst van de aanvraag, of in voorkomend geval na vervollediging van het aanvraagdossier, of de aanvraag al of niet in aanmerking komt voor een subsidie en bij een toekenning van de subsidie welk subsidiebedrag wordt toegekend. 

          De aanvrager zal schriftelijk in kennis gesteld worden van de beslissing.

          V     BEREKENING VAN HET SUBSIDIEBEDRAG

          Artikel 13: bepaling van het subsidiebedrag
          Het subsidiebedrag bedraagt maximaal 50 % van het verschil tussen de subsidiabele projectuitgaven en de eventuele projectinkomsten.

          Het toe te kennen subsidiebedrag wordt berekend op basis van de door de aanvrager ingediende raming van projectinkomsten en -uitgaven zoals opgenomen in en gevoegd bij het aanvraagformulier. Het definitieve subsidiebedrag wordt, na de indiening van de nodige documenten ter verantwoording van de aanwending van de toegekende subsidie, berekend op basis van de werkelijke projectinkomsten en -uitgaven na de projectuitvoering en nadat aan de voorwaarden van de artikels 17 en 18 werd voldaan. Enkel uitgaven die gedetailleerd bewijsbaar zijn en die officieel boekhoudkundig ingeschreven zijn, worden aanvaard voor de bepaling van het definitieve subsidiebedrag.

          De bepaling van de provinciale subsidie kan beperkt worden tot bepaalde uitgavenelementen. De deputatie zal per aanvraag de niet-subsidiabele uitgavenelementen vaststellen.

          De aanvrager mag verscheidene projecten in het kader van dit reglement indienen doch de gecumuleerde subsidie per stad/gemeente/AGB bedraagt maximaal 100 000,00 euro (A) of 50 000,00 euro (B) gedurende de volledige looptijd van het reglement.

          Volgende uitgaven zijn uitgesloten van subsidie:

          -studies en plannen (tenzij ze onderdeel uitmaken van een totaalproject)

          -personeelskosten van medewerkers die op het moment van de aanvraag in dienst zijn of van aan te werven medewerkers ter vervanging van medewerkers, die uit dienst zijn gegaan of die tijdelijk arbeidsongeschikt zijn

          -terugkerende werkingsuitgaven

          éénmalige promotionele acties en events

          -overheaduitgaven, zoals uitgaven voor nutsvoorzieningen, gebruik van bestaand materieel en infrastructuur in eigendom van de aanvrager

          -uitgaven voor recepties/catering

          -aftrekbare btw.

          Aanvragen die reeds voor hetzelfde project subsidie op grond van deze of een andere provinciale regeling hebben ontvangen zijn eveneens uitgesloten van subsidie.

          Artikel 14: maximumsubsidiebedrag
          Het subsidiebedrag bedraagt maximaal 100 000,00 euro per gemeente A of maximaal 50 000,00 euro per gemeente B.
          Artikel 15: minimumsubsidiebedrag
          Indien na toetsing en berekening het subsidiebedrag lager dan 5 000,00 euro is, zal de subsidie niet toegekend worden. 

          VI     BETALING VAN HET SUBSIDIEBEDRAG
          Artikel 16: wijze van betaling

          Het toegekende subsidiebedrag wordt in twee schijven betaald:

          -een eerste schijf van 70 % wordt betaald bij de subsidietoekenning

          -het saldo wordt betaald nadat de voorwaarden tot betaling van het saldo vermeld in de artikels 17 en 18 zijn vervuld.

          Artikel 17: voorwaarden tot betaling van het saldo

          Binnen een termijn van 2 maanden, te rekenen vanaf de meegedeelde einddatum van het project, moet de aanvrager een aanvraag tot betaling van het saldo samen met de volgende documenten indienen: 

          -een overzichtelijke afrekening van inkomsten en uitgaven van het project, met daarbij de gebundelde kopieën van facturen en schuldvorderingen van de gemaakte uitgaven, alsook alle andere relevante financiële verantwoordingsdocumenten

          -de nodige bewijsstukken waaruit blijkt dat het ingediende projectvoorstel integraal en zoals vooropgesteld werd uitgevoerd

          -een gedetailleerd verslag van het project, opgesteld door de projectverantwoordelijke

          -een bewijs van provinciale logovermelding bij alle promotionele activiteiten met betrekking tot het gesubsidieerde project.

          Alle documenten moeten ingediend worden op het in artikel 6 van dit reglement vermelde adres.


          VII     VERPLICHTINGEN NA DE TOEKENNING VAN EEN SUBSIDIE
          Artikel 18: verplichtingen na de toekenning

          Indien in het kader van dit reglement aan de aanvrager een subsidie wordt toegekend, verbindt deze zich ertoe: 

          -de toegekende subsidie aan te wenden voor het doel waarvoor zij werd toegekend

          -in elke interne en externe communicatie m.b.t. het project de herkenbaarheid van de provincie Limburg als ondersteunende overheid te waarborgen op de wijze bepaald door de deputatie op het moment van de subsidietoekenning; tot deze communicatie wordt minstens gerekend: onlinepublicaties, (kranten-)artikels, brochures, promotiemateriaal, audiovisuele communicatie, uitnodigingen voor evenementen, interviews, projectpresentaties

          -in geval van investeringen, een werfbord te voorzien met een duidelijke vermelding van de provincie Limburg als ondersteunende overheid

          -de deputatie uit te nodigen voor elke externe activiteit, events of netwerkbijeenkomsten die in het kader van de projectuitvoering worden georganiseerd

          -de dienst Economie actief te betrekken in het programma van de externe activiteiten, events of netwerkbijeenkomsten

          -de dienst Economie minstens bij elke georganiseerde media-actie minstens 10 werkdagen op voorhand of in voorkomend geval indien de media zelf initiatief hebben genomen, onverwijld te informeren en de dienst Economie te betrekken in de media-actie

          -indien het project de (ver)bouw(ing) van infrastructuur betreft en voor zover van toepassing: de infrastructuur toegankelijk te maken voor mensen met een beperking.

          De deputatie kan beslissen tot een verlenging van de laatst vermelde realisatietermijn voor een bepaalde duur, waarbij automatisch ook de termijn tot indiening van de betalingsaanvraag vermeld in artikel 17 met eenzelfde duur wordt verlengd. Hiertoe moet de aanvrager binnen de initieel goedgekeurde projectperiode een gemotiveerde aanvraag indienen bij de dienst Economie van de provincie Limburg op het adres vermeld in artikel 6 met opgave van de duur van de gewenste verlenging. De aanvrager wordt schriftelijk op de hoogte gebracht van de beslissing tot het al dan niet verlengen van deze termijnen. 

          VIII     CONTROLE EN SANCTIES

          Artikel 19: controle op de aanwending van de toegekende subsidie

          De provincie heeft steeds het recht toezicht en controle uit te oefenen bij de begunstigde van de subsidie die hem in het kader van dit reglement werd toegekend. De begunstigde verbindt er zich toe de nodige inlichtingen te verstrekken en de controle van de provincie Limburg te aanvaarden.

          Artikel 20: sancties

          Indien de begunstigde één of meer verplichtingen voortvloeiend uit dit reglement niet nakomt, kan de provincie het reeds betaalde subsidiebedrag geheel of gedeeltelijk terugvorderen, of in voorkomend geval beslissen tot het niet-betalen of het gedeeltelijk niet-betalen van de toegekende subsidie. Verder kan voor een periode vastgesteld door de deputatie de begunstigde uitgesloten worden om in de toekomst in aanmerking te komen voor subsidies van de provincie Limburg.

          IX     SLOTBEPALINGEN
          Artikel 21: inwerkingtreding en geldigheidsduur
          Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2023. 
          Artikel 22: opheffings- en overgangsbepalingen

          Het “Reglement betreffende de subsidiëring van innovatieve projecten ter versterking van de kernen van Limburgse steden en gemeenten” van 15 mei 2019 wordt hierbij opgeheven. 

          Subsidieaanvragen die werden ingediend in het kader van het “Reglement betreffende de subsidiëring van innovatieve projecten ter versterking van de kernen van Limburgse steden en gemeenten” van 19 september 2018 en 15 mei 2019 en die nog in behandeling zijn op 1 januari 2023 worden verder behandeld overeenkomstig de voorwaarden en de procedure bepaald in bovenvermelde reglementen. 

          De betalingsmodaliteiten, de verplichtingen na toekenning van een subsidie in het kader van het opgeheven reglement alsook de controle- en sanctiemogelijkheden ervan worden in voorkomend geval eveneens geregeld overeenkomstig het opgeheven reglement.
          Artikel 23: interpretatiegeschillen en onvoorziene omstandigheden
          Alle interpretatiegeschillen en onvoorziene omstandigheden betreffende de toepassing van dit reglement worden behandeld door de deputatie.