Type document
Uittreksel document
Openbare behandeling van agendapunt
Verdeling van de stemrechten voor de vorming van de toekomstige woonmaatschappij (gepland)
Aanwezigen bij agendapunt
Aanwezige leden
- Thibault Arnould (Gemeenteraadslid)
- Christophe Boulert (Gemeenteraadslid)
- Benjamin Daro (Gemeenteraadslid)
- Benjamin Desmet (Gemeenteraadslid)
- Yves Ghequiere (Gemeenteraadslid)
- Joëlle Grimmeau (Gemeenteraadslid)
- Gilles Hallez (Gemeenteraadslid)
- Charlotte Hollander (Gemeenteraadslid)
- Charlotte Houset (Gemeenteraadslid)
- Roel Leemans (Gemeenteraadslid)
- Cédric Letier (Gemeenteraadslid)
- Paul Sedyn (Gemeenteraadslid)
- Pierri Vercheval (Gemeenteraadslid)
- Mariette Wennmacher (Gemeenteraadslid)
Afwezige leden
- Damien Thiéry (Gemeenteraadslid)
Voorzitter: Roel Leemans
Secretaris: Veerle De Brael
Stemmingen bij agendapunt
De leden van de raad stemmen openbaar
Het voorstel van besluit
Aanwezigen tijdens de stemming
- Thibault Arnould
- Christophe Boulert
- Benjamin Daro
- Benjamin Desmet
- Yves Ghequiere
- Joëlle Grimmeau
- Gilles Hallez
- Charlotte Hollander
- Charlotte Houset
- Roel Leemans
- Cédric Letier
- Paul Sedyn
- Pierri Vercheval
- Mariette Wennmacher
Effectieve stemmers
- Thibault Arnould
- Christophe Boulert
- Benjamin Daro
- Benjamin Desmet
- Yves Ghequiere
- Joëlle Grimmeau
- Gilles Hallez
- Charlotte Hollander
- Charlotte Houset
- Roel Leemans
- Cédric Letier
- Paul Sedyn
- Pierri Vercheval
- Mariette Wennmacher
Totaal aantal voorstanders: 10
Totaal aantal tegenstanders: 4
Totaal aantal onthoudingen, blanco of ongeldig: 0
Voorstanders
- Thibault Arnould
- Christophe Boulert
- Benjamin Daro
- Yves Ghequiere
- Joëlle Grimmeau
- Gilles Hallez
- Roel Leemans
- Cédric Letier
- Pierri Vercheval
- Mariette Wennmacher
Tegenstanders
- Benjamin Desmet
- Charlotte Hollander
- Charlotte Houset
- Paul Sedyn
Met als gevolg,
Goedgekeurd
Openbare titel besluit:
Verdeling van de stemrechten voor de vorming van de toekomstige woonmaatschappij
Korte openbare beschrijving:
De gemeenteraad stelt voor om de stemrechten van de lokale besturen die deel uitmaken van het werkingsgebied in de algemene vergadering van de toekomstige woonmaatschappij te verdelen op basis van volgende criteria en met het hierna bepaalde gewicht: de verhouding tussen het aantal sociale huurwoningen per gemeente (60%), het aantal m² bebouwbare reservegronden op het grondgebied van het lokaal bestuur (10%), de verhouding tussen het aantal huishoudens per gemeente (30%).
De gemeenteraad,
Juridische context
- Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen.
Het decreet over het lokaal bestuur, Artikel 40 en volgende
Het decreet van 9 juli 2021 houdende wijzigingen van diverse decreten met betrekking tot wonen, waarbij een regelgevend kader met betrekking tot de woonmaatschappijen wordt gecreëerd.
Feitelijke context en argumentatie
- Op 7 februari 2022 kregen alle lokale besturen een brief van de Vlaamse minister van Financiën en Begroting, Wonen en Onroerend Erfgoed om criteria voor te stellen voor de verdeling van de stemrechten over de lokale besturen die deel uitmaken van het werkingsgebied van de nieuwe woonmaatschappij.
Elk lokaal bestuur kan een advies verlenen aan de Vlaamse Regering, uiterlijk 13 mei 2022, via een beslissing van de gemeenteraad.
De Vlaamse Regering moet bij de verdeling van de stemrechten in elk geval rekening houden met de volgende twee objectieve criteria:
· de verhouding tussen het aantal sociale huurwoningen per gemeente;
· de verhouding tussen het aantal huishoudens per gemeente,
maar zij kan ook rekening houden met bijkomende criteria die door de gemeenten worden voorgesteld, evenals met het advies van de gemeenten over het gewicht dat aan elk criterium wordt gehecht.
Dit is vastgelegd in de Vlaamse Codex Wonen, die ook bepaalt dat de gemeenten en OCMW’s in het werkingsgebied van de woonmaatschappij samen altijd over meer dan 50% van het totale aantal stemrechten beschikken die verbonden zijn aan de aandelen.
De lokale besturen zijn niet verplicht om bijkomende criteria voor te stellen of zelf een gewicht voor te stellen dat aan de 2 verplichte criteria moet worden gegeven. Bij het ontbreken van een advies wordt ervan uitgegaan dat de lokale besturen akkoord gaat met de keuze van de Vlaamse Regering, die zich in dat geval zal baseren op de 2 criteria met een gewicht van 50% elk.
Linkebeek werd opgenomen in een werkingsgebied bestaande uit Beersel, Drogenbos, Halle, Linkebeek, Pepingen, Sint-Genesius-Rode en Sint-Pieters-Leeuw.
Op het College van burgemeester en schepenen van Halle, Beersel en Sint-Pieters-leeuw werd reeds een visienota goedgekeurd betreffende de nieuwe woonmaatschappij. Het volgende voorstel werd door deze gemeenten reeds ingediend:
“Voor de verdeling van de stemrechten tussen de lokale besturen zullen de objectieve criteria zoals gecommuniceerd in de omzendbrief van 10/09/2020 betreffende het Vlaams regelgevend – en implementatietraject worden gehanteerd namelijk het gewogen gemiddelde van de volgende drie componenten:
• Het aantal sociale huurwoningen op het grondgebied van het lokaal bestuur (60%)
• Het aantal m² bebouwbare reservegronden op het grondgebied van het lokaal bestuur (10%)
• Het aantal huishoudens op het grondgebied van het lokaal bestuur (30%).”
Op het intergemeentelijk overleg op 25 maart 2022 met de 7 gemeenten die zullen toetreden tot de nieuwe woonmaatschappij werd door Beersel en Sint-Pieters-Leeuw bovenstaand standpunt verdedigd om de objectieve criteria te hanteren zoals oorspronkelijk gecommuniceerd door Wonen-Vlaanderen, namelijk de drie criteria.
Op basis van deze criteria worden de stemrechten in de algemene vergadering verdeeld tussen de 7 lokale besturen. Deze verdeling wordt ook doorgetrokken naar de vertegenwoordiging in de raad van bestuur van de woonmaatschappij.
Gezien er in de nieuwe woonmaatschappij enkele gemeenten geen bestuurder kunnen afvaardigen in de raad van bestuur bij het hanteren van deze criteria, kunnen deze gemeenten een waarnemer aanstellen met een raadgevende stem. Deze raadgever zal steeds aanwezig kunnen zijn en gehoord kunnen worden op de vergadering van de raad van bestuur van de woonmaatschappij. Dit recht is gelijk aan het hoorrecht van de andere bestuurders.
De huidige lokale besturen vertegenwoordigd in Woonpunt Zennevallei adviseren dat er van elke gemeente minstens één afgevaardigde deel uitmaakt van het schepencollege en de bevoegdheid heeft over wonen, inclusief de raadgevers. Op deze manier wordt er voort gebouwd op een goede gewoonte aangezien momenteel de lokale besturen vertegenwoordigd in de raad van bestuur van Woonpunt Zennevallei, ook minstens één lid van het college van burgemeester en schepenen afvaardigen. Op die manier worden de beslissingen die genomen worden door de nieuwe woonmaatschappij ook politiek gedragen.
Het besluit van de Vlaamse Regering voorziet dat de gemeente uit het werkingsgebied om een aanpassing van de verdeling van de stemrechten kunnen verzoeken in het eerste jaar dat volgt op de aanstelling van de nieuwe raad van bestuur na gemeenteraadsverkiezingen. Gemeenten die inspanningen leveren om extra sociale woningen op hun grondgebied te realiseren kunnen hierdoor een belangrijke rol toebedeeld krijgen bij de start van een volgende bestuursperiode.
Advies
Het streefdoel is om te komen tot een consensus waar alle lokale besturen kunnen vertegenwoordigd zijn in de bestuursorganen van de nieuwe woonmaatschappij. Ofwel met stemrecht of als raadgever.
Indien er niet tot een consensus gekomen wordt, dan zal de Vlaams Regering beslissen over de verdeling van de stemrechten op basis van de 2 criteria met elk een gewicht van 50%:
• Het aantal sociale huurwoningen op het grondgebied van het lokaal bestuur (50%)
• Het aantal huishoudens op het grondgebied van het lokaal bestuur (50%)
Belangrijk is dat de berekening van de verdeling van de stemrechten op een statistisch correcte manier gebeurt en op basis van actuele juiste cijfers.
Beslissing
De gemeenteraad stelt voor om de stemrechten van de lokale besturen die deel uitmaken van het werkingsgebied in de algemene vergadering van de toekomstige woonmaatschappij te verdelen op basis van volgende criteria en met het hieronder bepaalde gewicht:
• De verhouding tussen het aantal sociale huurwoningen per gemeente (60%)
• Het aantal m² bebouwbare reservegronden op het grondgebied van het lokaal bestuur (10%)
• De verhouding tussen het aantal huishoudens per gemeente (30%).
De verdeling van deze stemrechten dient te gebeuren op een statistisch correcte wijze en op basis van actuele correcte cijfers. Daarom vragen wij aan de Vlaamse Regering een uniforme werkwijze (statistisch) van berekenen vast te leggen en het bepalen van de bronnen voor de cijfers.
Indien een gemeente géén bestuurder in de raad van bestuur kan aanduiden kunnen zij een raadgever afvaardigen.
Indien er tussen de betrokken lokale besturen geen consensus bereikt wordt over de verdeling van de stemrechten dan zal de Vlaams Regering beslissen over de verdeling van de stemrechten op basis van de 2 criteria met elk een gewicht van 50%:
• Het aantal sociale huurwoningen op het grondgebied van het lokaal bestuur (50%)
• Het aantal huishoudens op het grondgebied van het lokaal bestuur (50%)
Deze beslissing wordt gecommuniceerd aan:
Wie? | Hoe? |
Provinciegouverneur | Uittreksel |
Vlaamse minister van wonen | Uittreksel via mail woonmaatschappij@vmsw.be |
Dienst secretariaat | Uittreksel |