Nieuwe pagina: bestuurseenheid.zittingen.zitting.uittreksels.detail.raw

Vlaanderen

publicatie.gelinkt-notuleren.vlaanderen.be Naar de hoofdinhoud

Type document
Uittreksel document

Besloten behandeling van agendapunt

de wijziging van het arbeidsreglement

https://data.vlaanderen.be/id/concept/BesluitType/e8aee49e-8762-4db2-acfe-2d5dd3c37619

Openbare titel besluit:

besloten tot de wijziging van het arbeidsreglement​
 

Korte openbare beschrijving:


​​

​De deputatie van de provincie Limburg ,
 ​

Gelet op de wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen, zoals gewijzigd;

 

Gelet op het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding, in het bijzonder 

hoofdstuk Vbis. Functiebeschrijving en hoofdstuk Vter. Evaluatie, zoals gewijzigd;


Gelet op CAO XII van Onderwijs;

 

Gelet op het besluit van de provincieraad van 22 januari 2020 tot de vaststelling van het arbeidsreglement van de Provinciale Kleuterschool St.-Martens-Voeren en de Provinciale Basisschool Voeren;

Overwegende dat onder andere de volgende aanpassingen aan het arbeidsreglement moeten gebeuren:  regeling dienstvrijstellingen conform CAO XII; actualisering van de vergoedingsregeling voor reis- en verblijfkosten bij dienstreizen; opname van de door het Provinciebestuur toegekende sociale voordelen;  optimalisering van het recht op inzage, toelichting en kopie met betrekking tot documenten in het personeelsdossier; cumuleren en activiteiten die niet eigen zijn aan de uitoefening van het ambt;

 

Gelet op de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel, zoals gewijzigd;

 

Gelet op het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel, zoals gewijzigd;

 

Gelet op het decreet basisonderwijs, zoals gewijzigd, in het bijzonder hoofdstuk VIIIbis-Scholengemeenschappen;

 

Gelet op het akkoordprotocol van 3 mei 2022 van de vergaderingen van het afzonderlijk bijzonder comité van het Provinciaal Onderwijs en het onderhandelingscomité van de Scholengemeenschap Zuid-Oost Limburg over de bovenvermelde wijziging van het arbeidsreglement;

 

Gelet op het besluit van de provincieraad van 17 juni 2020 tot de delegatie van de bevoegdheid met betrekking tot de vaststelling en de wijziging van de rechtspositieregeling van het personeel van de provinciale onderwijsinstellingen aan de deputatie (het aanvullend statuut, het arbeidsreglement, het reglement psychosociale risico’s op het werk personeel provinciaal onderwijs, het evaluatiereglement, …);

 

Gehoord het verslag van Bert Lambrechts, lid van het college;

    



Beslist,


Artikel 1
In de inhoudstafel vóór Hoofdstuk 1 - Algemene bepalingen van het arbeidsreglement van de Provinciale Basisschool Voeren en de Provinciale Kleuterschool St.-Martens-Voeren, verder genoemd: het arbeidsreglement, wordt “18. Slotbepalingen” vervangen door: “18. Sociale voordelen” en “19. Slotbepalingen".


 
Artikel  2
 

Aan artikel 2,§2 van het arbeidsreglement wordt een littera 25bis toegevoegd:
25bis. de camerawet: de wet van 21 maart 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera’s, zoals gewijzigd.”.

 
Artikel 3​
 

Op het einde van artikel 16,§3 van het arbeidsreglement wordt de volgende link toegevoegd:

https://data-onderwijs.vlaanderen.be/bekwaamheidsbewijzen/lijst.aspx?s=ambt&niv=BaO&g=

 
Artikel 4
 

De eerste zin van artikel 22 van het arbeidsreglement wordt vervangen door de volgende:

De school kan, conform de camerawet, gebruik maken van bewakingscamera’s ter voorkoming van inbraak, diefstal en vandalisme.”.

 
Artikel 5
 

De tekst van artikel 26,§3 van het arbeidsreglement wordt vervangen door de volgende:

Het personeelslid kan tijdens de diensturen of de daartoe aangegeven uren inzage krijgen in zijn personeelsdossier. Het kan ook uitleg krijgen en een (digitale) kopie. Voor een eerste (papieren) kopie worden geen administratieve kosten aangerekend.

Het personeelslid kan zijn vraag voor inzage en eventueel toelichting / kopie richten aan de directeur (via e-mail, …).

Het kan zich door een vertrouwenspersoon laten bijstaan (een advocaat, een vertegenwoordiger van een erkende vakorganisatie, …).".
 
Artikel 6
 

De tekst van artikel 33 van het arbeidsreglement wordt vervangen door de volgende:

De keuze en de aankoop van didactisch materiaal (digitale leermiddelen, leerboeken, cursussen, …) gebeuren door de directeur in overleg met de betrokken leerkrachten en conform de ter zake geldende regelgeving.”.

 
Artikel 7
 
De tekst van artikel 48 van het arbeidsreglement wordt geschrapt.
 
Artikel 8
 

De eerste zin van artikel 52,§3 van het arbeidsreglement wordt vervangen door de volgende:

Elke plotse afwezigheid (ziekte, uitzonderlijk verlof wegens overmacht, omstandigheidsverlof naar aanleiding van een overlijden, …) of verlenging ervan wordt onmiddellijk en, in geval van overmacht, zeker vóór de normale aanwezigheid van de leerlingen aan de directeur meegedeeld met vermelding van de reden en van de waarschijnlijke duur van de afwezigheid.”.

 
Artikel 9
 

De tekst van artikel 53,§§3 en 4 van het arbeidsreglement wordt vervangen door de volgende:

“§3. De personeelsleden zien er op toe dat het schoolreglement door de leerlingen opgevolgd wordt. 

Zij brengen de directeur op de hoogte van herhaaldelijke en/of zware overtredingen en misbruiken die zij in schoolverband vaststellen.

§4. De personeelsleden beoordelen sereen de eventuele overtredingen van de leerlingen van het schoolreglement. 

De opgelegde straffen moeten in verhouding staan tot de fout en pedagogisch verantwoord zijn, rekening houdend met het bepaalde in §1 van dit artikel.”.


 
Artikel 10
 

Aan artikel 54 van het arbeidsreglement worden de volgende paragrafen toegevoegd:

Ҥ4. Een personeelslid mag geen leerlingen onbewaakt uit de klas wijzen of ze aan het toezicht onttrekken en volgt ter zake de dienstorders.

 

§5. Het personeelslid dat zijn taak wegens dringende redenen moet onderbreken, zorgt er voor dat de leerlingen niet zonder toezicht blijven en verwittigt het secretariaat en/of de directeur. Het wacht tot er effectief in toezicht is voorzien.

 

§6. Wanneer zich een ongeval of een ernstig feit voordoet, verwittigt het personeelslid dat met het toezicht belast is, zo spoedig mogelijk de directeur. De directeur neemt onmiddellijk alle nodige maatregelen. Als de directeur niet onmiddellijk bereikbaar is of bij afwezigheid van deze laat het personeelslid niet na zelf de nodige maatregelen te nemen.”.

 
Artikel 11

De tekst van artikel 57, punt 2 wordt vervangen door de volgende:

 2. Toegang tot en verwerking van de eigen persoonsgegevens

Voor de personeelsadministratie verwerkt de school persoonsgegevens van de personeelsleden conform de AVG.

De school verwerkt de persoonsgegevens via Informat. Ze maakt met de softwareleveranciers een verwerkingsovereenkomst over het gebruik van die gegevens conform de AVG.

 

De persoonsgegevens worden bewaard en veilig opgeslagen. De school ziet er op toe dat niet iedereen zomaar toegang heeft tot deze gegevens. De toegang is beperkt tot de personen die betrokken zijn bij de personeelsadministratie.

 

De personeelsleden kunnen met betrekking tot hun persoonsgegevens die in de instelling worden verwerkt inzage vragen en/of verbetering van onjuiste gegevens en/of verwijdering.

Voor meer info en voor de uitoefening van de rechten inzake de verwerking van de persoonsgegevens  (bv. inzage, verbetering, verwijdering, …) wordt verwezen naar de website van de school of het aanspreekpunt, de heer Rik Tomsin.”.


 
 
Artikel 12
 

De volgende tekst wordt toegevoegd aan artikel 60 van het arbeidsreglement:

Artikel 60 - Cumuleren en activiteiten die niet eigen zijn aan de uitoefening van het ambt

§1. Cumuleren mag niet tot gevolg hebben dat de goede werking van het onderwijs en de onderwijsopdracht in het gedrang komen. De personeelsleden stemmen hun cumulopdracht af op hun opdracht in het onderwijs en de daarmee samenhangende verplichtingen (oudercontacten, personeelsvergaderingen, …), en niet omgekeerd.

Personeelsvergaderingen enz. moeten tijdig worden meegedeeld.

 

De directeur probeert, voor zover mogelijk, rekening te houden met overmacht in hoofde van het personeelslid en een voor het onderwijs en de betrokkene werkzame oplossing te vinden. Bijvoorbeeld als het personeelslid zijn cumulopdracht heeft afgestemd op zijn opdracht in het onderwijs, maar door een plotse wijziging van zijn lessenrooster er ter zake problemen ontstaan.

 

§2. Tijdens de uitoefening van hun ambt onthouden de personeelsleden zich van privé-activiteiten en andere activiteiten die niet eigen zijn aan de uitoefening van hun ambt (telefoonverkeer, e-mail, commerciële activiteiten, relaties van persoonlijke aard, ...).

 

De personeelsleden onthouden zich ook daarbuiten van commerciële activiteiten die concurrentieel zijn met het door het schoolbestuur georganiseerde onderwijs en/of de goede werking van het onderwijs in het gedrang brengen.

 

§3. Aangezien het een feitenkwestie betreft, moet de directeur, In voorkomend geval, aantonen dat:

-        het cumuleren tot gevolg heeft dat de goede werking van het onderwijs en de onderwijsopdracht in het gedrang komen (§1)

-        de commerciële activiteiten buiten de opdracht in het onderwijs concurrentieel zijn met het door de inrichtende macht georganiseerde onderwijs en/of de goede werking van het onderwijs in het gedrang brengen (§2).

Indien geen akkoord wordt bereikt tussen de directeur en het personeelslid, beslist de ALDI na toelichting van de directeur en het personeelslid. Het personeelslid mag een vertrouwenspersoon meebrengen, bijvoorbeeld een vakbondsafgevaardigde,
 
Artikel 13
 

In artikel 64 van het arbeidsreglement wordt de volgende tekst toegevoegd:

“Artikel 64 - Specifieke voorrangsregeling bij vaste benoeming indien verschillende kandidaten binnen eenzelfde voorrangsgroep

§1. Indien er verschillende kandidaten binnen eenzelfde voorrangsgroep zijn dan geldt de volgende voorrangsregeling:

1.      Eigen personeelslid van de school van vaste benoeming.
Indien verschillende kandidaten: degene die het langst in dienst is in het Provinciaal Onderwijs.

2.      Personeelslid van de andere school.
Indien verschillende kandidaten: degene die het langst in dienst is in het Provinciaal Onderwijs.

 

§2. Voor de toepassing van §1 wordt verstaan onder:

-        Eigen personeelslid: een personeelslid dat in de betrokken school ten minste 1u. effectief  heeft gepresteerd.

​-        Het langst in dienst zijn in het Provinciaal Onderwijs: de datum van de eerste indiensttreding is bepalend. Als er tussen een eerste en een tweede indiensttreding een onderbreking is wegens uitdiensttreding van ten minste 1 jaar, dan geldt de datum van de tweede indiensttreding enz.


Ter zake kan worden afgeweken, mits uitdrukkelijke motivering.  Bijvoorbeeld wanneer 2 kandidaten in dienst gekomen zijn op een tijdstip dat niet ver uit mekaar ligt, kunnen beiden voor (ongeveer) eenzelfde aantal uren vast worden benoemd.”.

 
Artikel 14
 

De tekst van artikel 67,§1,tweede streepje, van het arbeidsreglement wordt vervangen door de volgende:

-     “om dringende redenen: zoals bepaald in artikel 42,§ 6 van het decreet van 27 maart 1991.
Volgende ernstige tekortkomingen kunnen het voortduren van de betrekking onmiddellijk en definitief onmogelijk maken, onder voorbehoud van de beoordelingsbevoegdheid van de kamer van beroep van het gesubsidieerd officieel onderwijs:
- opzettelijke wanprestatie;
- grove beledigingen aan het adres van de directeur, collega's, leerlingen, ...;
- (herhaald) objectief waarneembaar alcohol- of drugbezit of -gebruik
binnen het schooldomein en tijdens activiteiten in het kader van het onderwijs buiten het schooldomein;
-
verhandelen van drugs op het schooldomein en tijdens activiteiten in het kader van het onderwijs buiten het schooldomein;
- ernstige inbreuken op het rookverbod, zoals roken op verboden plaatsen in de school in aanwezigheid van leerlingen, het rookbeleid van de school in vraag stellen of ondermijnen in aanwezigheid van leerlingen, anderen op school aanzetten tot roken, ...
- grensoverschrijdend gedrag (agressie, geweld, …);
- diefstal en fraude.
Deze lijst is niet limitatief. “.

 
Artikel 15
 

De tekst van artikel 76 van het arbeidsreglement wordt vervangen door de volgende:

Artikel 76 - Vergoeding van onkosten tijdens dienstreizen

 

§1. Dienstreis.

Een dienstreis is de verplaatsing die een personeelslid vanuit zijn woonplaats of zijn standplaats doet naar een vooraf bepaalde bestemming en dit in opdracht of met toestemming van de directeur (met begrip van bijscholingen, meerdaagse schoolreizen op initiatief van de school, …).
De directeur beslist welk vervoermiddel functioneel en financieel het meest verantwoord is.

 

§2. Aanvraag dag- en nachtvergoeding en vergoeding reiskosten en andere onkosten.

De dag- en nachtvergoeding en de vergoeding reiskosten en andere onkosten worden, samen met de bewijsstukken, ingediend met het daarvoor voorziene formulier. Het personeelslid bezorgt het formulier, na ondertekening door hem en de directeur aan de boekhouder van de school. De aanvragen moeten uiterlijk drie maanden na de dienstreis worden ingediend: er worden geen uitzonderingen toegestaan.

 

§3. De kilometervergoeding

Het personeelslid dat voor dienstreizen gebruik maakt van zijn eigen fiets of motorvoertuig, heeft recht op een kilometervergoeding. Motorvoertuig: een auto, motorfiets of bromfiets.

 

Voor de berekening van de vergoeding wordt als grondslag genomen: de werkelijke afstand in kilometers volgens de gevolgde wegen. De personeelsleden die niet wonen op de standplaats van hun betrekking en die een dienstreis ondernemen met hun woonplaats als vertrek- of eindpunt kunnen geen hogere vergoeding bekomen dan die welke hun verschuldigd zou zijn indien de reis van of naar hun standplaats was gebeurd.

 

Het bedrag van de kilometervergoeding wordt berekend overeenkomstig artikel 156 van het rechtspositieregelingsbesluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007.

De kilometervergoeding dekt alle kosten die gepaard gaan met het gebruik van het eigen motorvoertuig, met uitzondering van de parkeerkosten.

Het personeelslid heeft recht op de terugbetaling van eventuele parkeerkosten.

Bij carpooling wordt de vergoeding voor de bestuurder verhoogd.

De meereizende personeelsleden hebben geen recht op een kilometervergoeding.

Het personeelslid dat voor dienstreizen van de eigen fiets gebruik maakt, ontvangt ook een (specifieke) kilometervergoeding.

 

De bedragen van de kilometervergoeding worden jaarlijks op 1 juli automatisch aangepast aan het algemene indexcijfer van de consumptieprijzen.

Het personeelslid vindt deze bedragen op het in §2 van dit artikel vermelde aanvraagformulier.

§4. Dienstreizen met het openbaar vervoer.

Wanneer het personeelslid een dienstreis maakt met het openbaar vervoer gebruikt het de door de school ter beschikking gestelde rittenkaart. Gebruikt het personeelslid de trein dan reist het tweede klas.
Moet het personeelslid zelf een bus- of treinticket kopen, dan krijgt het de werkelijke kosten vergoed.

 

§5. Meerdaagse dienstreizen en eendaagse dienstreizen met vliegtuig of hogesnelheidstrein.
Het personeelslid moet vooraf toelating hebben van de deputatie. Deze toelating is eveneens nodig voor eendaagse dienstreizen met het vliegtuig of de hogesnelheidstrein. Bij de aanvraag wordt een kostenraming gevoegd waarin ten minste een raming is opgenomen van de kosten van de verplaatsing en van de eventuele overnachtingen.

Het personeelslid heeft recht op terugbetaling van de reële en bewezen onkosten. Behoudens indien er zich onvoorziene omstandigheden hebben voorgedaan, is deze terugbetaling beperkt tot het bedrag van de kostenraming.

 

§6. De dagvergoeding

De dagvergoeding wordt toegekend onder de volgende voorwaarden:

-      Voor dienstreizen van minimaal acht uur.
Reizen met een ononderbroken duur van meer dan vijf uur tot minder dan acht uur, waarin het
13de en 14de uur
(tussen 12u. en 13u. en tussen 13u. en 14u.) van de dag volledig zijn begrepen, worden gelijkgesteld met dienstreizen van acht uur.

-      De dagvergoeding wordt niet toegekend voor dienstreizen: binnen een straal van 5 kilometer vanaf de stand- of woonplaats, voor een dienstreis te voet of met de fiets, of binnen een straal van
15 kilometer vanaf de stand- of woonplaats als het personeelslid zich verplaatst met een motorvoertuig.

-      Het personeelslid krijgt geen maaltijd aangeboden.

-      Schooluitstappen van één dag of verplaatsingen naar de eigen (onderwijs)instellingen komen
niet in aanmerking voor een dagvergoeding.
Schooluitstappen van meerdere dagen die worden georganiseerd als een privé-initiatief of die worden georganiseerd tijdens niet-lesdagen komen ook niet in aanmerking voor een nachtvergoeding.

 

Het bedrag van de dagvergoeding wordt jaarlijks op 1 juli automatisch aangepast zoals bepaald in §3 van dit artikel voor de kilometervergoeding.

Het personeelslid vindt het bedrag van de dagvergoeding op het in §2 van dit artikel vermelde aanvraagformulier.

 

§.7 De nachtvergoeding.

Een personeelslid kan onder de volgende voorwaarden een forfaitaire nachtvergoeding aanvragen voor een dienstreis met overnachting:

-        De afstand van de dienstreis bedraagt minimaal 25 km vanaf de standplaats of woonplaats.

-        Het personeelslid krijgt geen avondmaal aangeboden.

-        De dienstreis omvat ten minste één overnachting.

-        Schooluitstappen van meerdere dagen die worden georganiseerd als een privé-initiatief of die worden georganiseerd tijdens niet-lesdagen komen niet in aanmerking voor een nachtvergoeding.

 

Het bedrag van de nachtvergoeding wordt jaarlijks op 1 juli automatisch aangepast zoals bepaald in §3 van dit artikel voor de kilometervergoeding.
Het personeelslid vindt het bedrag van de nachtvergoeding op het in §2 van dit artikel vermelde aanvraagformulier.”.

 
Artikel 16
 

De tekst van Hoofdstuk 18 van het arbeidsreglement wordt vervangen door de volgende:

Hoofdstuk 18 - Sociale voordelen

Artikel 77

§1. Geboorte- of adoptiepremie.

Deze premie van 100 euro wordt toegekend bij elke geboorte of adoptie van een kind. Om aanspraak te maken op de premie moet het aanvraagformulier worden ingediend samen met een kopie van de geboorteakte of adoptieakte. Indien beide ouders werken voor de inrichtende macht dan kunnen zij elk een premie ontvangen. Het recht op een premie vervalt:

• voor personeelsleden die op het moment van de gebeurtenis meer dan 12 maanden afwezig zijn door ziekte;

• voor personeelsleden die op het moment van de gebeurtenis meer dan 4 maanden voltijds afwezig zijn omwille van een onbetaald verlof, met uitzondering van de voltijdse afwezigheden in het kader van één van de federale thematische verloven en in het kader van het Vlaamse Zorgkrediet.

§2. Premie voor kinderen met een aandoening.

Deze jaarlijkse premie van 100 euro wordt uitgekeerd aan de begunstigde die in het jaar van de aanvraag recht heeft op de verhoogde kinderbijslag voor kinderen met een aandoening jonger dan 21 jaar. Bij het aanvraagformulier wordt een attest van de FOD Sociale Zekerheid of het bewijs van verhoogde kinderbijslag gevoegd. Indien beide ouders in dienst zijn van de inrichtende macht kunnen zij elk een premie ontvangen. Het recht op een premie vervalt indien het personeelslid geen effectieve prestaties geleverd heeft in het kalenderjaar waarover de aanvraag gaat.

§3. Premie bij huwelijk of wettelijke samenwoning.

Het personeelslid dat trouwt of wettelijk gaat samenwonen, heeft recht op een premie van 100 euro. Als beide partners in dienst zijn van de inrichtende macht hebben ze elk recht op de premie.

De volgende bewijsstukken moeten bij de aanvraag gevoegd worden:

- in geval van een huwelijk: een uittreksel uit de huwelijksakte;

- in geval van wettelijke samenwoning: een verklaring van wettelijke samenwoning (artikelen 1475 tot en met 1479 Burgerlijk Wetboek).

De premie geldt niet voor verklaringen van wettelijke samenwoning met bloed- of aanverwanten.

Wie eerst wettelijk gaat samenwonen en daarna huwt met dezelfde persoon, kan slechts 1 maal de premie aanvragen. Wie met een andere partner wettelijk gaat samenwonen of huwt, kan de premie wel opnieuw aanvragen.

Het recht op een premie vervalt:

• voor personeelsleden die op het moment van de gebeurtenis meer dan 12 maanden afwezig zijn door ziekte;

• voor personeelsleden die op het moment van de gebeurtenis meer dan 4 maanden voltijds afwezig zijn omwille van een onbetaald verlof, met uitzondering van de voltijdse afwezigheden in het kader van één van de federale thematische verloven en in het kader van het Vlaamse Zorgkrediet.”.

 
Artikel 17
 

Aan het arbeidsreglement wordt een Hoofdstuk 19 toegevoegd met de volgende tekst:

Hoofdstuk 19 - Slotbepalingen

Artikel 78

§1. De bijlagen bij dit arbeidsreglement maken er integrerend deel van uit.

 

§2. Elk personeelslid krijgt, tegen ontvangstbewijs, een kopie van dit arbeidsreglement en van iedere wijziging ervan.”.


 
Artikel 18
 

§1. In de inhoudstafel van de bijlagen van het arbeidsreglement wordt de tekst van Bijlage 3 als volgt gewijzigd:

“Bijlage 3 - Reglement psychosociale risico’s op het werk van het personeel Provinciaal Onderwijs
(artikel 17,§2).”.

De bijlage wordt vervangen door de nieuwe Bijlage 3 bij dit besluit.

 

§2. Op het einde van punt 2.3 van “Bijlage 2 - Mededelingen inzake preventie en bescherming op het werk (artikel 17,§1)” van het arbeidsreglement wordt het volgende toegevoegd:

“- Plaats van AED toestel (Automatische Externe Defibrillator): …..”.

 

§3. In de tweede zin van punt 6.2.1 van “Bijlage 6 - Reglement tot de vaststelling van de procedure voor de invulling van de betrekking van directeur (artikel 66)” van het arbeidsreglement wordt het volgende geschrapt:
“-
in een krant die ten minste bedeeld wordt in de provincie Limburg;”.

 

§4. De “Bijlage 7 - Gedragscode alcohol- en druggebruik (artikel 23)” van het arbeidsreglement wordt vervangen door de nieuwe Bijlage 7 bij dit besluit.

 

§5. Op het einde van punt 10.1 van “Bijlage 10 - Verloven, afwezigheden en terbeschikkingstellingen (artikel 70)” van het arbeidsreglement wordt het volgende toegevoegd:

“Alle hierboven niet voorziene afwezigheden zijn enkel mogelijk mits voorafgaande uitdrukkelijke toestemming van de directeur. Het personeelslid vraagt de afwezigheid tijdig aan, behoudens overmacht.

Indien het personeelslid, uitzonderlijk, toelating krijgt om afwezig te zijn, dan moet het hiervoor een verantwoordingsstuk bijbrengen (verklaring van de dokter, bijwonen van een begrafenis van een naaste buur, …). Een raadpleging bij een dokter, specialist, tandarts, … vindt wel bij voorkeur niet tijdens de schooluren plaats.

Een afsprakenkader wordt vastgesteld na voorafgaand vakbondsoverleg.”.

 
Artikel 19
 

§1. Elk personeelslid krijgt, tegen ontvangstbewijs, een kopie van deze wijziging van het arbeidsreglement.

§2. De wijziging van het arbeidsreglement wordt gestuurd naar:

- de Inspectie van de Sociale Wetten,

- het regionaal bureau van de Inspectie van de Sociale Wetten,

die het toezicht uitoefenen op de correcte toepassing van de wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen.

§3. Op een voor het personeel goed zichtbare plaats wordt een bericht uitgehangen waarin aan het personeel wordt meegedeeld waar het arbeidsreglement, met de wijzigingen, en de regelgeving waarnaar het verwijst, kunnen worden geraadpleegd. De personeelsleden kunnen er op elk ogenblik en zonder tussenpersoon inzage kunnen van nemen.

 
Artikel 20
 

Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 mei 2022.

Bijlagen