Nieuwe pagina: bestuurseenheid.zittingen.zitting.uittreksels.detail.index

Vlaanderen

publicatie.gelinkt-notuleren.vlaanderen.be Naar de hoofdinhoud

Uittreksel van Gemeenteraad Essen , zitting van 28 juni 2022, 18:00

Datum publicatie: 12 juli 2022

Openbare behandeling van agendapunt

A.4 ONDERWIJS. Wijziging schoolreglement Wigo. (gepland)

Aanwezigen bij agendapunt

Aanwezige leden

  • Arno Aerden (Gemeenteraadslid)
  • Annemie Baeyaert (Gemeenteraadslid)
  • Tom Bevers (Gemeenteraadslid)
  • Joris Brosens (Gemeenteraadslid)
  • Tuur Goormachtig (Gemeenteraadslid)
  • Helmut Jaspers (Gemeenteraadslid)
  • Bob Konings (Gemeenteraadslid)
  • Steff Nouws (Gemeenteraadslid)
  • Kevin Ooye (Gemeenteraadslid)
  • Brigitte Quick (Gemeenteraadslid)
  • Marc Scheepers (Gemeenteraadslid)
  • Anne Somers (Gemeenteraadslid)
  • Ludo Somers (Gemeenteraadslid)
  • Kirsten Tobback (Gemeenteraadslid)
  • Brigitte Van Aert (Gemeenteraadslid)
  • Gaston Van Tichelt (Gemeenteraadslid)
  • Guy Van den Broek (Gemeenteraadslid)
  • Marita Verpalen (Gemeenteraadslid)

Afwezige leden

  • Jokke Hennekam (Gemeenteraadslid)
  • Robin Jacobs (Gemeenteraadslid)
  • Dirk Konings (Gemeenteraadslid)
  • Dirk Smout (Gemeenteraadslid)
  • Jan Suykerbuyk (Gemeenteraadslid)
  • Geert Vandekeybus (Gemeenteraadslid)

Voorzitter: Ludo Somers

Secretaris: Ivan Kockx

Stemmingen bij agendapunt

De leden van de raad stemmen openbaar

wijziging schoolreglement Wigo

Aanwezigen tijdens de stemming

  • Arno Aerden
  • Annemie Baeyaert
  • Tom Bevers
  • Joris Brosens
  • Tuur Goormachtig
  • Helmut Jaspers
  • Bob Konings
  • Steff Nouws
  • Kevin Ooye
  • Brigitte Quick
  • Marc Scheepers
  • Anne Somers
  • Ludo Somers
  • Kirsten Tobback
  • Brigitte Van Aert
  • Guy Van den Broek
  • Gaston Van Tichelt
  • Marita Verpalen

Effectieve stemmers

  • Arno Aerden
  • Annemie Baeyaert
  • Tom Bevers
  • Joris Brosens
  • Tuur Goormachtig
  • Helmut Jaspers
  • Bob Konings
  • Steff Nouws
  • Kevin Ooye
  • Brigitte Quick
  • Marc Scheepers
  • Anne Somers
  • Ludo Somers
  • Kirsten Tobback
  • Brigitte Van Aert
  • Guy Van den Broek
  • Gaston Van Tichelt
  • Marita Verpalen

goedgekeur'd, met eenparigheid van stemmen

Openbare titel besluit:

A.4 ONDERWIJS. Wijziging schoolreglement Wigo.

Korte openbare beschrijving:

ONDERWIJS. Wijziging schoolreglement Wigo.


de gemeenteraad,


Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017;

Gelet het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, artikelen 37 bis§2, 20, 13, 27 bis§2, 14/4, 14/1, 53 en 11 quater §3 en §4;

Gelet op het decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad


Overwegende dat een schoolbestuur voor elk van zijn basisscholen een schoolreglement moet opstellen dat de betrekkingen tussen het schoolbestuur en de ouders en de leerlingen regelt;

Overwegende dat het huidig schoolreglement gewoon basisonderwijs goedgekeurd op datum van 29 juni 2021 aan actualisatie toe is;

Overwegende het model van schoolreglement van het Onderwijssecretariaat van de Steden en Gemeenten van de Vlaamse Gemeenschap;

Overwegende dat de gemeente Essen de inrichtende macht voert over de gemeentelijke basisschool Wigo, De Vondert 10;

Overwegende dat binnen de scholengemeenschap Grens gestreefd wordt naar een uniform schoolreglement voor alle scholen van deze scholengemeenschap;

Overwegende dat de wijzigingen betrekking hebben op:

-het digitaal akkoord kunnen gaan met het schoolreglement

verfijning definitie regelmatige leerling

-verduidelijking toelatingsvoorwaarden lager onderwijs

-verfijning vervroegde instap lager onderwijs

-verlengd verblijf in het lager onderwijs

-verduidelijking toekennen getuigschrift

Overwegende het advies van de schoolraad van 21 juni 2022;

Overwegende dat de specifieke regels en afspraken door de directeur worden opgenomen in de informatiebrochure;

Gehoord de toelichting door schepen Konings; 

Na beraadslaging; 



Beslist,

Artikel 1

Het schoolreglement van Wigo, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad van Essen op 29 juni 2021 wordt opgeheven.

Artikel 

Art. 2Goedkeuring wordt gehecht aan het schoolreglement Wigo als volgt:

Hoofdstuk 1Algemene Bepalingen

Artikel 1 

Het schoolreglement regelt de verhouding tussen leerlingen en hun ouders enerzijds 

en de school/het schoolbestuur anderzijds.

Artikel 2

De ouders ondertekenen het schoolreglement, de infobrochure en het pedagogisch 

project van de school voor akkoord. Dit is een inschrijvingsvoorwaarde.

Het schoolreglement wordt door de directeur voorafgaand aan elke inschrijving van de 

leerling schriftelijk of via elektronische drager en met toelichting, indien de ouders dit 

wensen (schoolwebsite, e-mail, …) ter beschikking gesteld. Bij elke wijziging 

van het schoolreglement informeert de directeur de ouders schriftelijk of via 

elektronische drager en met toelichting, indien de ouders dit wensen. De 

ouders verklaren zich opnieuw schriftelijk akkoord. Indien de ouders zich met de 

wijziging niet akkoord verklaren, dan wordt aan de inschrijving van het kind een einde 

gesteld op 31 augustus van het lopende schooljaar. De school vraagt de ouders of ze 

ook een papieren versie van het schoolreglement en/of eventuele wijzigingen wensen 

en stelt deze ter beschikking.

Ouders kunnen ook digitaal hun akkoord geven voor wijzigingen aan het pedagogisch 

project of schoolreglement. 

Artikel 3

Dit schoolreglement eerbiedigt de internationaalrechtelijke en grondwettelijke 

beginselen inzake de rechten van de mens en van het kind in het bijzonder.

Artikel 4

Voor de toepassing van dit schoolreglement wordt verstaan onder:

Aangetekend: met aangetekende brief of tegen afgifte van een gedateerd ontvangstbewijs.

Extra-murosactiviteiten: activiteiten van één of méér schooldagen die plaatsvinden buiten de schoolmuren en worden georganiseerd voor één of meer leerlingengroepen.

Klassenraad: team van personeelsleden dat onder leiding van de directeur samen de verantwoordelijkheid draagt of zal dragen voor de begeleiding van en het onderwijs aan een bepaalde leerlingengroep of individuele leerling.

Leerlingen: de kinderen die regelmatig zijn ingeschreven in de basisschool.

Regelmatige leerling:

-voldoet aan de toelatingsvoorwaarden;

-is slechts in één school ingeschreven; 

-in het lager onderwijs of als zes-en zevenjarige in het kleuteronderwijs: altijd aanwezig, behalve bij gewettigde afwezigheid;

-vijfjarige in het kleuteronderwijs: voldoende aanwezig (minstens 290 halve dagen);

-deelnemen aan alle onderwijsactiviteiten die voor de leerlingengroep of de leerling worden georganiseerd, behoudens vrijstelling. Deelnemen aan het taalbad of een ander taalintegratietraject wordt beschouwd als een onderwijsactiviteit die voor de leerlingengroep of de leerling wordt georganiseerd. 

Toelatingsvoorwaarden:

Om toegelaten te worden in het kleuteronderwijs moet een kind ten minste twee en een half jaar oud zijn. Als een kleuter, op het moment van de inschrijving nog geen drie jaar is, kan hij in het basisonderwijs slechts toegelaten worden op één van de volgende instapdagen: 

-de eerste schooldag na de zomervakantie; 

-de eerste schooldag na de herfstvakantie; 

-de eerste schooldag na de kerstvakantie; 

-de eerste schooldag van februari; 

-de eerste schooldag na de krokusvakantie; 

-de eerste schooldag na de paasvakantie; 

-de eerste schooldag na Hemelvaart.

Om toegelaten te worden tot het gewoon lager onderwijs moet een leerling zes jaar

zijn voor 1 januari van het lopende schooljaar. Als hij nog niet de leeftijd van zeven jaar 

heeft bereikt of zal bereiken voor 1 januari van het lopende schooljaar, moet hij 

bovendien aan de volgende voorwaarden voldoen: 

1.het voorgaande schooljaar ingeschreven zijn geweest in een door de 

Vlaamse Gemeenschap erkende Nederlandstalige school voor 

kleuteronderwijs en gedurende die periode ten minste 290 halve 

dagen daadwerkelijk aanwezig geweest zijn (halve dagen 

aanwezigheid in de rijdende kleuterschool worden beschouwd als 

aanwezigheid).

Ten minste 290 dagen aanwezig geweest zijn in het voorgaande

schooljaar in een door de Vlaamse Gemeenschap erkende 

Nederlandstalige school voor kleuteronderwijs (halve dagen 

aanwezigheid in de rijdende kleuterschool worden beschouwd als 

aanwezigheid) mits: 

-een gunstig advies van de klassenraad van de school waar de leerling voorafgaand aan de instap in het gewoon lager onderwijs kleuteronderwijs gevolgd heeft. Dit advies behelst de mate waarin de leerling het Nederlands voldoende beheerst om het gewoon lager onderwijs te kunnen starten. 

-bij ongunstig advies van de klassenraad van de kleuterschool: een toelating door de klassenraad van de school waar de leerling het gewoon lager onderwijs wil volgen. Leerlingen met een ongunstig advies worden enkel toegelaten tot het gewoon lager onderwijs mits deze leerlingen een taaltraject doorlopen. 

Bij ongunstig advies van de klassenraad van de kleuterschool over de mate waarin de leerling het Nederlands voldoende beheerst om het gewoon lager onderwijs te kunnen, wordt de leerling ook toegelaten tot het lager 

onderwijs maar dan moet de leerling een taalintegratietraject volgen. 

2. Leerlingen die in voorgaande schooljaar ingeschreven waren in een erkende 

Nederlandstalige school voor kleuteronderwijs en geen 290 halve dagen daadwerkelijk aanwezig geweest zijn, kunnen enkel toegelaten worden mits:

- een gunstig advies van de klassenraad van de school waar de leerling

laatst kleuteronderwijs volgde; 

- bij ongunstig advies van de klassenraad van het kleuteronderwijs

omwille van andere redenen dan de beheersing van het Nederlands, een

gunstige beslissing van de klassenraad lager onderwijs voor de inschrijving in 

die school. 

3.Voor leerlingen die geen kleuteronderwijs gevolgd hebben, beslist de 

klassenraad van de school voor lager onderwijs na een taalscreening 

of deze leerling al dan niet toelating krijgt tot het reguliere traject, of 

een taalbad taalintegratietraject in het gewoon lager onderwijs volgt. 

Bij weigering van toelating tot het lager onderwijs door de 

klassenraad, beslist de klassenraad van de school voor 

kleuteronderwijs of de leerling in het kleuteronderwijs het reguliere 

traject en/of een taalintegratietraject volgt. 

4.Leerlingen waarvan nog niet vaststaat dat ze voldoen aan de 

toelatingsvoorwaarden worden onder ontbindende voorwaarde 

ingeschreven in het lager onderwijs. Indien de klassenraad lager 

onderwijs na de start van het schooljaar een negatieve beslissing 

neemt over de toelating tot het lager onderwijs, moet de school voor 

het kleuteronderwijs waar de leerling vorig jaar les volgde, verplicht 

de leerling in overcapaciteit inschrijven. 

5.Een jaar vroeger naar het lager onderwijs:

Als vijfjarigen worden beschouwd, al wie vijf jaar geworden is vóór 1 

januari van het lopende schooljaar.

Er zijn twee mogelijke situaties:

a.Een vijfjarige leerling die het voorgaande schooljaar was ingeschreven in een erkende school voor Nederlandstalig onderwijs kan enkel toegelaten worden mits:

Een gunstig advies van de klassenraad van de school waar de leerling laatst kleuteronderwijs volgde.

Bij ongunstig advies van de klassenraad van het kleuteronderwijs omwille van de beheersing van het Nederlands: een gunstige beslissing van de klassenraad lager onderwijs en het volgen van een taalintegratietraject in het lager onderwijs. 

Bij ongunstig advies van de klassenraad van het kleuteronderwijs, omwille van andere redenen: een gunstige beslissing van de klassenraad lager onderwijs .

Na kennisneming van en toelichting bij het advies van het CLB en na het gunstig advies of de gunstige beslissing door de klassenraad, nemen de ouders de uiteindelijke beslissing over 

de vervroegde instap. 

b.Een vijfjarige leerling die het voorgaande schooljaar niet ingeschreven was in een erkende school voor Nederlandstalig onderwijs :

Een gunstige beslissing van de klassenraad van de school voor lager onderwijs. 

De klassenraad lager onderwijs beslist ook of de leerling toegelaten wordt in een regulier traject en/ of taalintegratietraject.’.

Bij weigering van toelating tot het lager onderwijs door de klassenraad lager onderwijs, beslist de klassenraad van de school voor kleuteronderwijs of de leerling in het kleuteronderwijs het reguliere traject en/of een taalintegratietraject volgt. 

Na kennisneming van en toelichting bij het advies van het CLB 

en na toelating door de klassenraad lager onderwijs , nemen 

de ouders de uiteindelijke beslissing over de vervroegde 

instap.

Uitzonderingen:

Voor zij-instromers van 7 jaar of ouder gelden de bovenstaande voorwaarden niet. 

Leerlingengroep: een aantal leerlingen dat samen voor een bepaalde periode eenzelfde opvoedings- of onderwijsactiviteit volgt.

Ouders: de personen die het ouderlijk gezag uitoefenen of in rechte of in feite deminderjarige onder hun bewaring hebben.

Pedagogisch project: het geheel van de fundamentele uitgangspunten dat door een schoolbestuur voor een school en haar werking wordt bepaald.

10° School: het pedagogisch geheel, waar onderwijs wordt georganiseerd en dat onder leiding staat van de directeur.

11° Schoolbestuur: de inrichtende macht die verantwoordelijk is voor de sch(o)ol(en) van de gemeente, nl. de gemeenteraad. Inzake daden van dagelijks beheer is het college van burgemeester en schepenen bevoegd.

12° Schoolraad: is een officieel inspraakorgaan waarin ouders, personeel, en personen van de lokale gemeenschap vertegenwoordigd zijn.

13° Werkdag: weekdagen van maandag tot vrijdag, met uitzondering van feestdagen en dagen die vallen tijdens de herfst-, kerst-, krokus- en paasvakantie.

14°Schooldag: een dag waarop leerlinggebonden activiteiten georganiseerd zijn, met uitzondering van zaterdag, zondag en de schoolvakanties.

Hoofdstuk 2 Engagementsverklaring

Artikel 5

§ 1 Oudercontacten:

De school organiseert op geregelde tijdstippen oudercontacten. De ouders en de school zelf kunnen op eigen initiatief bijkomende oudercontacten voorstellen.

De ouder(s) woont (wonen) de oudercontacten bij. 

Data worden bekend gemaakt via schoolpublicaties.

§ 2Voldoende aanwezigheid:

De ouders zorgen ervoor dat hun kind elke schooldag en op tijd naar school komt.

§ 3 Deelnemen aan individuele begeleiding:

Sommige kinderen hebben nood aan een individuele begeleiding. Voor kinderen die daar nood aan hebben, werkt de school vormen van individuele ondersteuning uit en ze maakt daarover afspraken met de ouders zoals voorzien in het zorg- en gelijke onderwijskansenbeleid van de school.

De ouders ondersteunen op een positieve manier de maatregelen die in samenspraak genomen zijn.

§ 4Nederlands is de onderwijstaal van de school:

Ouders moedigen hun kind(eren) aan om Nederlands te leren. 

Ouders ondersteunen de initiatieven en de maatregelen die de school neemt om de eventuele taalachterstand van hun kind(eren) weg te werken.

Hoofdstuk 3Sponsoring

Artikel 6

§ 1De school werkt voor het bereiken van de eindtermen en het nastreven van ontwikkelingsdoelen met de middelen die door de Vlaamse Gemeenschap en door het schoolbestuur ter beschikking worden gesteld.

§ 2Om de bijdragen van de ouders voor niet-eindtermgebonden onderwijskosten te beperken, kan de school gebruik maken van geldelijke en niet-geldelijke ondersteuning door derden.

§ 3Dergelijke ondersteuning in de vorm van mededelingen die rechtstreeks of onrechtstreeks tot doel hebben de verkoop van producten of diensten te bevorderen, kan enkel in geval van facultatieve activiteiten en na overleg in de schoolraad.

§ 4De school zal in geval van dergelijke ondersteuning enkel vermelden dat de activiteit of een gedeelte van de activiteit ingericht werd door middel van een gift, een schenking, een gratis prestatie of een prestatie verricht onder de reële prijs door een bij name genoemde natuurlijke persoon, rechtspersoon of feitelijke vereniging.

§ 5De bedoelde mededelingen kunnen enkel indien:

deze mededelingen verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taken en doelstellingen van de school;

deze mededelingen de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van de school niet in het gedrang brengen.

§ 6In geval van vragen of problemen met betrekking tot de geldelijke of niet-geldelijke ondersteuning door derden, richt men zich tot het schoolbestuur.

Hoofdstuk 4 Kostenbeheersing

Artikel 7

§ 1Kosteloos

Het schoolbestuur vraagt geen direct of indirect inschrijvingsgeld.

Het schoolbestuur vraagt geen bijdrage voor onderwijs gebonden kosten die noodzakelijk zijn om een eindterm te realiseren of een ontwikkelingsdoel na te streven.

De school biedt volgende materialen gratis ter beschikking, maar ze blijven eigendom

van de school. Bij verlies of beschadiging kan de school een vergoeding vragen, of staat 

men in voor vervanging.

Bewegingsmateriaal, constructiemateriaal, handboeken, schriften, werkboeken en –

blaadjes, fotokopieën, software, ICT-materiaal, informatiebronnen, kinderliteratuur, 

knutselmateriaal, leer-en ontwikkelingsmateriaal, meetmateriaal, 

multimediamateriaal, muziekinstrumenten, planningsmateriaal, schrijfgerief, 

tekengerief, atlas, globe, kaarten, kompas, passer, tweetalige alfabetische 

woordenlijst, zakrekenmachine.

§ 2Scherpe maximumfactuur

Het schoolbestuur kan echter een beperkte bijdrage vragen voor kosten die ze maakt om de eindtermen en de ontwikkelingsdoelen te verlevendigen. 

Dit gebeurt steeds na overleg met de schoolraad.

Het gaat over volgende bijdragen :

1.de toegangsprijs voor het zwembad, met uitzondering van de leerlingengroep waarvoorde toegangsprijs door de Vlaamse Gemeenschap wordt gedragen;

2.de toegangsprijs bij pedagogisch-didactische uitstappen;

3.de deelnamekosten bij eendaagse extra-murosactiviteiten;

4.de vervoerskosten bij pedagogisch-didactische uitstappen, eendaagse extra-murosactiviteiten en zwemmen, met uitzondering van de leerlingengroep waarvoor de vervoerkosten naar het zwembad door de Vlaamse Gemeenschap worden gedragen;

5.de aankoopprijs van turn- en zwemkledij;

6.de kosten voor occasionele activiteiten, projecten en feestactiviteiten;

7.…..

Maximumbijdrage per schooljaar: wordt vermeld in de infobrochure.

§ 3Minder scherpe maximumfactuur

Voor meerdaagse extra-murosactiviteiten kan enkel in de lagere school een bijdrage

Gevraagd worden. Dit gebeurt na overleg met de schoolraad.

Maximumbijdrage voor de volledige schoolloopbaan lager onderwijs: wordt vermeld in

de infobrochure.

§ 4Bijdrageregeling

Persoonlijke uitgaven zijn facultatief en vallen ten laste van de gebruiker. 

Deze uitgaven worden vermeld in de infobrochure.

De ouders kiezen of ze hier gebruik van maken of niet. De school gebruikt deze

materialen/diensten niet in haar activiteiten en lessen.

§ 5Basisuitrusting

De basisuitrusting valt ten laste van de ouders en wordt omschreven in de infobrochure. De school verwacht dat de leerlingen hierover beschikken. 

§ 6Betalingen

Regeling (aantal facturen per jaar, spreiding, …) : zie infobrochure.

Indien men problemen ondervindt met het betalen van de schoolrekening, neemt men contact op met de directeur. 

Het is de bedoeling dat er afspraken worden gemaakt over een aangepaste betalingswijze waarbij discretie wordt verzekerd. 

Na uitputting van alle redelijke middelen zal de school echter de noodzakelijke rechtsmiddelen aanwenden.

Hoofdstuk 5 Extra-murosactiviteiten

Artikel 8 

Extra-murosactiviteiten zijn activiteiten van één of meerdere schooldagen die 

plaats vinden buiten de schoolmuren en worden georganiseerd voor één of 

meer leerlingengroepen. 

De school streeft ernaar dat alle leerlingen deelnemen aan de extra-

murosactiviteiten, aangezien ze deel uitmaken van het leerprogramma.

De ouders worden tijdig geïnformeerd over de geplande extra-

murosactiviteiten.

Ouders hebben echter het recht om hun kinderen niet mee te laten gaan op 

extra-murosactiviteiten van een volledige dag of meer. Ze moeten deze 

weigering schriftelijk kenbaar maken aan de school.

Als de leerling niet deelneemt dan moet de leerling toch op school aanwezig 

zijn. Voor deze leerlingen voorziet de school een aangepast programma. 

Activiteiten die volledig buiten de schooluren georganiseerd worden, vallen 

hier niet onder.

Hoofdstuk 6 Huiswerk, agenda’s, rapporten, evaluatie en schoolloopbaan 

Artikel 9Huiswerk

De huiswerken worden genoteerd in het heen-en-weerschrift of de schoolagenda. Indien een leerling zijn huiswerk vergeet, kan de groepsleraar de nodige maatregelen nemen.

Voor meer informatie: zie schoolbrochure

Artikel 10Agenda

De kinderen beschikken over een agenda/heen-en-weerschrift waarlangs 

communicatie tussen de ouders en de school mogelijk is. 

Artikel 11Evaluatie en rapport 

Een samenvatting van de evaluatiegegevens van de leerling wordt neergeschreven in een rapport. Dit rapport wordt bezorgd aan de ouders, die ondertekenen voor kennisneming. Het rapport wordt, ondertekend terugbezorgd aan de groepsleraar.

Meer verduidelijking in het schoolwerkplan.

Artikel 12Schoolloopbaan 

§ 1Op voorwaarde dat aan alle toelatingsvoorwaarden voldaan is, nemen de ouders van de leerling de eindbeslissing inzake:

-de overgang van kleuter- naar lager onderwijs, na kennisneming van en toelichting bij de adviezen van de klassenraad en van het CLB; 

-een jaar langer in het kleuteronderwijs, na kennisname en toelichting bij de adviezen van de klassenraad en het CLB;

-het volgen van nog één schooljaar lager onderwijs, als de leerling 14 jaar wordt voor 1 januari van het lopende schooljaar, en dit na kennisneming van en toelichting bij het gunstig advies van de klassenraad en het advies van het CLB. 

-voor een verlengd verblijf voor leerlingen met een getuigschrift basisonderwijs en voor leerlingen die 14 jaar worden voor 1 januari van het lopende schooljaar is een gunstig advies nodig van de klassenraad van de school waar de leerling het voorafgaande schooljaar lager onderwijs volgde.

§ 2Een leerling die een jaar te vroegwil instappen in het lager onderwijs (5 jaar ten laatste op 31 december van het lopende schooljaar) wordt enkel ingeschreven, na advies van het CLB en na toelating van de klassenraad. Geeft de klassenraad geen toelating, dan vervalt het beslissingsrecht van de ouders.

Vroeger naar het lager onderwijs: 

a.Een vijfjarige leerling die het voorgaande schooljaar was ingeschreven in een erkende school voor Nederlandstalig onderwijs kan enkel toegelaten worden mits: 

Een gunstig advies van de klassenraad van de school waar de leerling laatst kleuteronderwijs volgde. 

Bij ongunstig advies van de klassenraad van het kleuteronderwijs omwille van de beheersing van het Nederlands: een gunstige beslissing van de klassenraad lager onderwijs en het volgen van een taalintegratietraject in het lager onderwijs. 

Bij ongunstig advies van de klassenraad van het kleuteronderwijs , omwille van andere redenen: een gunstige beslissing van de klassenraad lager onderwijs.

Na kennisneming van en toelichting bij het advies van het CLB en na het gunstig advies of de gunstige beslissing door de klassenraad, nemen de ouders de uiteindelijke beslissing over de vervroegde instap.

b.Een vijfjarige leerling die het voorgaande schooljaar niet ingeschreven was in een erkende school voor Nederlandstalig onderwijs:

Een gunstige beslissing van de klassenraad van de school voor lager onderwijs.

De klassenraad lager onderwijs beslist ook of de leerling toegelaten wordt in een regulier traject en/of taalintegratietraject.

Bij weigering van toelating tot het lager onderwijs door de klassenraad lager onderwijs, beslist de klassenraad van de school voor kleuteronderwijs of de leerling het kleuteronderwijs het reguliere traject en/of een taalintegratietraject volgt. 

Na kennisneming van en toelichting bij het advies van het CLB en na toelating door de klassenraad lager onderwijs, nemen de ouders de uiteindelijke beslissing over de vervroegde instap. 

§ 3In alle andere gevallen neemt de school de eindbeslissing inzake het al dan niet zittenblijven of versnellen van de schoolloopbaan van de leerling. Een school die beslist het leerproces van een leerling te onderbreken door deze leerling het aanbod van het afgelopen schooljaar gedurende het daaropvolgende schooljaar nogmaalste laten volgen, neemt deze beslissing na overleg met het CLB. De beslissing wordtaan de ouders schriftelijk gemotiveerd en mondeling toegelicht. De school deelt mee welke bijzondere aandachtspunten er in het daaropvolgende schooljaar voor de leerling zijn. In het leerlingendossier bewaart de school de adviezen van de klassenraad en het CLB en/of het bewijsstuk waaruit blijkt dat ouders kennis hebben genomen en toelichting hebben gekregen bij het advies van de klassenraad en CLB.

Hoofdstuk 7 Afwezigheden en te laat komen

Artikel 13Afwezigheden

Zowel voor kleuters als voor leerlingen lager onderwijs is een voldoende aanwezigheid noodzakelijkvoor een vlotte schoolloopbaan.

Afwezigheden worden telefonisch / schriftelijk meegedeeld aan de directeur, bij voorkeur bij de start van de schooldag.

§ 1Kleuteronderwijs

Er is geen medisch attest nodig voor afwezigheden van kleuters.

Voor leerlingen in het kleuteronderwijs die vijf jaar worden voor 1 januari van het schooljaar is er een leerplicht van minimaal 290 halve dagen aanwezigheid per schooljaar. Voor de berekening van dat 

aantal halve dagen aanwezigheid in functie van de leerplicht en de regelmatigheid van de leerling kunnen de afwezigheden die door de directie als aanvaardbaar geacht worden meegerekend worden. 

Voor zes- en zevenjarigen in het kleuteronderwijs of een vijfjarige die vervroegd instapt in het lager Onderwijs, moet de afwezigheden wettigen volgens dezelfde regels als in het lager onderwijs. 

§ 2Lager onderwijs

Afwezigheid wegens ziekte:

a) een verklaring van ziekte ondertekend en gedateerd door een ouder. Dit kan hoogstens vier maal per schooljaar worden ingediend. De verklaring vermeldt de naam van de leerling, de klasgroep, de reden van afwezigheid, de begindatum en de vermoedelijke einddatum.

b) een medisch attest:

-als de ouders al vier maal in een schooljaar zelf een verklaring wegens ziekte hebben ingediend; 

-bij een afwezigheid wegens ziekte van meer dan drie opeenvolgende kalenderdagen;

Afwezigheid van rechtswege:

Bij een afwezigheid van rechtswege bezorgen de ouders aan de directeur of de groepsleraar een ondertekende verklaring of een officieel document. 

De verklaring vermeldt de naam van de leerling, de klasgroep, de reden van afwezigheid, de begindatum en de vermoedelijke einddatum.

Het gaat om volgende gevallen:

-het bijwonen van een familieraad;

-het bijwonen van een begrafenis- of huwelijksplechtigheid van een persoon die onder hetzelfde dak woont als de leerling of van een bloed- of aanverwant van de leerling;

-de oproeping of dagvaarding voor de rechtbank;

-het onderworpen worden aan maatregelen in het kader van de bijzondere jeugdzorg en de jeugdbescherming;

-de onbereikbaarheid of ontoegankelijkheid van de school door overmacht;

-het beleven van feestdagen die inherent zijn aan de door de grondwet erkende levensbeschouwelijke overtuiging van een leerling.

-het actief deelnemen in het kader van een individuele selectie of lidmaatschap van een vereniging als topsportbelofte aan sportieve manifestaties. Maximaal 10 al dan niet gespreide halve schooldagen per schooljaar. 

Afwezigheid mits voorafgaandelijke toestemming van de directeur:

Bij een afwezigheid met toestemming van de directeur bezorgen de ouders aan de directeur een ondertekende verklaring of een officieel document. De verklaring vermeldt de naam van de leerling, de klasgroep, de reden van afwezigheid, de begindatum en de vermoedelijke einddatum.

Afwezigheid wegens verplaatsingen van de trekkende bevolking:

In uitzonderlijke omstandigheden kan de afwezigheid van kinderen van binnenschippers, kermis- en circusexploitanten en -artiesten en woonwagenbewoners gewettigd zijn om de ouders te vergezellen tijdens hun verplaatsingen.

De afspraken over de modaliteiten aangaande het onderwijs op afstand en aangaande de communicatie tussen de school en de ouders worden vastgelegd in een overeenkomst tussen de directeur en de ouders.

Afwezigheden voor topsport voor de sporten tennis, zwemmen en gymnastiek mits toestemming 

van de directie:

Deze categorie afwezigheden kan slechts worden toegestaan voor maximaal zes lestijden per week (verplaatsingen inbegrepen) en kan enkel als de school voor de betrokken topsportbelofte over een dossier beschikt dat volgende elementen bevat:

-een gemotiveerde aanvraag van de ouders;

-een verklaring van een bij de Vlaamse sportfederatie aangesloten sportfederatie;

-een medisch attest van een sportarts verbonden aan een erkend keuringscentrum van de Vlaamse Gemeenschap;

-een akkoord van de directie.

6° Afwezigheden omwille van revalidatie tijdens de lestijden:

a) de afwezigheid omwille van revalidatie na ziekte of ongeval, en dit gedurende maximaal 150 minuten per week, verplaatsing inbegrepen. 

Om een beslissing te kunnen nemen, moet de school beschikken over een dossier dat minstens de volgende elementen bevat: 

-een verklaring van de ouders waarom de revalidatie tijdens de lestijden moet plaatsvinden; 

-een medisch attest waaruit de noodzakelijkheid, de frequentie en de duurvan de revalidatie blijkt;

-een advies, geformuleerd door het CLB, na overleg met de klassenraad en de ouders;

-een toestemming van de directeur voor een periode die de duur van de behandeling, vermeld in het medisch attest, niet kan overschrijden.

Uitzonderlijk kunnen de 150 minuten overschreden worden, mits gunstig 

advies van de arts van het CLB, in overleg met de klassenraad en de ouders. 

b) de afwezigheid gedurende maximaal 150 minuten per week, verplaatsing inbegrepen, van leerlingen met een specifieke onderwijsgerelateerde behoefte waarvoor een handelingsgericht advies is gegeven. 

Om een beslissing te kunnen nemen, moet de school beschikken over een dossier dat ten minste de volgende elementen bevat: 

-een verklaring van de ouders waarom de revalidatie tijdens de lestijden moet plaatsvinden;

-een advies, geformuleerd door het CLB in overleg met de klassenraad en de ouders;

-een samenwerkingsovereenkomst tussen de school en de revalidatieverstrekker. De revalidatieverstrekker bezorgt op het einde van elk schooljaar een evaluatieverslag; 

-een toestemming van de directeur, die jaarlijks vernieuwd en gemotiveerd moet worden, rekening houdend met het evaluatieverslag waarvan sprake in punt 3).

In uitzonderlijke omstandigheden en mits gunstig advies van het CLB in overleg met de klassenraad en de ouders, kan de maximumduur van 150 minuten voor leerplichtige kinderen uitgebreid worden tot 200 minuten, verplaatsing inbegrepen. 

Voor leerlingen met een verslag (zoals vermeld in artikel 15 van het decreet basisonderwijs) of voor leerlingen met een inschrijvingsverslag die een individueel aangepast curriculum volgen in het gewoon basisonderwijs kan de afwezigheid maximaal 250 minuten per week bedragen, verplaatsing inbegrepen. 

7° Afwezigheden omwille van preventieve schorsing en tijdelijke en definitieve uitsluiting :

Een afwezigheid omwille van een preventieve schorsing, een tijdelijke of 

definitieve uitsluiting en waarbij de school gemotiveerd heeft dat opvang in de school niet haalbaar is, is een gewettigde afwezigheid.

§ 3Problematische afwezigheden

Alle afwezigheden die niet zijn opgesomd of niet kunnen worden gewettigd 

zoals beschreven onder § 2 worden ten aanzien van de leerling beschouwd als problematische afwezigheden. Ook afwezigheden gewettigd door een 

twijfelachtig medisch attest, met name de ‘dixit’ -attesten, geantidateerde 

attesten en attesten die een niet-medische reden vermelden, worden als 

problematische afwezigheden beschouwd.

In deze gevallen zal de directeur contact opnemen met de ouders. De ouders kunnen deze afwezigheid alsnog wettigen. Vanaf meer dan vijf halve 

schooldagen problematische afwezigheden heeft de school een meldingsplicht ten opzichte van het CLB. Het CLB voorziet begeleiding voor de betrokken leerling, in samenwerking met de school.

Artikel 14Te laat komen

§ 1Kinderen moeten op tijd op school zijn. Een leerling die toch te laat komt, 

begeeft zich zo snel mogelijk naar de klasgroep/directeur. De ouders 

worden bij herhaaldelijk te laat komen van hun kind gecontacteerd door de 

directie/leerkracht. Ze maken hierover afspraken. 

§ 2In uitzonderlijke gevallen kan een leerling die daarvoor een gewettigde 

reden heeft, de schoolvoor het einde van de schooldag verlaten. Dit kan 

enkel na toestemming van de directeur.

Hoofdstuk 8 Schending van de leefregels, preventieve schorsing, tijdelijke en definitieve uitsluiting

Artikel 15Leefregels

Ouders stimuleren hun kind om de leefregels van de school na te leven: voor 

meer informatie, zie infobrochure.

Artikel 16Schending van de leefregels en ordemaatregelen

§ 1Indien een leerling door zijn gedrag de leefregels schendt of de goede orde 

in de school in het gedrang brengt, zullen gepaste maatregelen worden 

genomen.

Deze maatregelen kunnen worden genomen door de directeur of elk 

personeelslid van de school met een kindgebonden opdracht.

§ 2Deze maatregelen kunnen zijn: 

- een mondelinge opmerking;

- een schriftelijke opmerking in de schoolagenda of het heen-en-weerschrift die de ouders ondertekenen voor gezien;

- een extra taak die de ouders ondertekenen voor gezien;

- …

§ 3Meer verregaande maatregelen kunnen zijn:

-Een gesprek tussen de directeur en de betrokken leerling. 

-De groepsleraar en/of de directeur nemen contact op met de ouders en bespreken het gedrag van de leerling. Van dit contact wordt een verslag gemaakt. Het verslag wordt door de ouders ondertekend voor gezien;

-Preventieve schorsing :

Een preventieve schorsing is een uitzonderlijke maatregel die de directeur voor een leerling in het lager onderwijs kan hanteren als bewarende maatregel om de leefregels te handhaven en om te kunnen nagaan of een tuchtsanctie aangewezen is. De leerling mag gedurende maximaal vijf opeenvolgende schooldagen de lessen en activiteiten van zijn leerlingengroep niet volgen. De directeur kan, mits motivering aan de ouders, beslissen om die periode eenmalig met maximaal vijf opeenvolgende schooldagen te verlengen indien door externe factoren het tuchtonderzoek niet binnen die eerste periode kan worden afgerond. De preventieve schorsing kan onmiddellijk uitwerking hebben en de school stelt de ouders in kennis van de preventieve schorsing. 

De school voorziet opvang voor de leerling, tenzij de school aan de ouders motiveert waarom dit niet haalbaar is.

§ 4Indien vermelde maatregelen niet het gewenste effect hebben, kan een individueel begeleidingsplan met meer bindende gedragsregels worden vastgelegd door de directeur.

Dit moet ertoe bijdragen dat een goede samenwerking met personeelsleden en/of medeleerlingen opnieuw mogelijk wordt.

Dit begeleidingsplan wordt opgesteld door de groepsleraar, de zorgcoördinator en de directeur. Het wordt steeds besproken met de ouders. Het wordt van kracht van zodra de ouders het begeleidingsplan ondertekenen voor akkoord.

Indien de ouders niet akkoord gaan met het individueel begeleidingsplan, kan de directeur onmiddellijk overgaan tot het opstarten van een tuchtprocedure.

§ 5Tegen geen enkele van deze maatregelen is er beroep mogelijk.

Artikel 17Tuchtmaatregelen: tijdelijke en definitieve uitsluiting van leerlingen

§ 1Het onbehoorlijkgedrag van een leerling kan uitzonderlijk een tuchtmaatregel noodzakelijk maken.

§ 2Een tuchtmaatregel kan worden opgelegd indien de leerling:

-het verstrekken van opvoeding en onderwijs in gevaar brengt;

-de verwezenlijking van het pedagogisch project van de school in het gedrang brengt;

-ernstige of wettelijk strafbare feiten pleegt;

-zich niet houdt aan het eventueel opgesteld individueel begeleidingsplan;

-de naam van de school of de waardigheid van het personeel aantast;

-de school materiële schade toebrengt.

§ 3Tuchtmaatregelen zijn:

Tijdelijke uitsluiting

De directeur kan, in uitzonderlijke gevallen, een leerling in het lager onderwijs 

tijdelijk uitsluiten. Een tijdelijke uitsluiting is een tuchtsanctie die inhoudt 

dat de gesanctioneerde leerling gedurende minimaal één schooldag en 

maximaal vijftien opeenvolgende schooldagen de lessen en activiteiten van zijn 

leerlingengroep niet mag volgen. 

Een nieuwe tijdelijke uitsluiting kan enkel na een nieuw feit. De school voorziet 

opvang voor de leerling, tenzij de school aan de ouders motiveert waarom 

dit niet haalbaar is. 

Definitieve uitsluiting.

De directeur kan, in uitzonderlijke gevallen, een leerling in het lager onderwijs 

definitief uitsluiten. Een definitieve uitsluiting is een tuchtsanctie die 

inhoudt dat de gesanctioneerde leerling wordt uitgeschreven op het moment 

dat die leerling in een andere school is ingeschreven en dit uiterlijk één maand 

na de schriftelijke kennisgeving, vakantieperioden tussen 1 september en 30 

juni niet inbegrepen.

In afwachting van een inschrijving in een andere school mag de 

gesanctioneerde leerling de lessen en activiteiten van zijn leerlingengroep 

niet volgen. De school voorziet opvang voor de leerling, tenzij de school aan de 

ouders motiveert waarom dit niet haalbaar is. 

§ 4Er is geen mogelijkheid tot collectieve uitsluiting: elke leerling wordt afzonderlijk behandeld.

§ 5Het schoolbestuur kan de inschrijving weigeren in een school waar de betrokken leerling het huidige, vorige of het daaraan voorafgaande schooljaar definitief werd uitgesloten.

Artikel 18Tuchtprocedure

§ 1De directeur kan beslissen tot een tijdelijke of definitieve uitsluiting.

§ 2De directeur volgt daarbij volgende procedure:

1° het voorafgaandelijke advies van de klassenraad moet worden ingewonnen. In geval van de intentie tot een definitieve uitsluiting moet de klassenraad uitgebreid worden met een vertegenwoordiger van het CLB die een adviserende stem heeft;

2° de intentie tot een tuchtmaatregel wordt na bijeenkomst van de klassenraad aangetekend aan de ouders bezorgd, binnen de drie schooldagen. De school verwijst in de kennisgeving naar de mogelijkheid tot inzage in het tuchtdossier, met inbegrip van het advies van de klassenraad, na afspraak.

De ouders hebben het recht om te worden gehoord, eventueel bijgestaan door een vertrouwenspersoon.

Dit gesprek moet uiterlijk vijf schooldagen na ontvangst van de kennisgeving plaatsvinden.

De tuchtstraf moet in overeenstemming zijn met de ernst van de feiten.

4° De genomen beslissing van de directeur wordt schriftelijk gemotiveerd en binnen de drie schooldagen aangetekendaan de ouders bezorgd. In dit aangetekend schrijven wordt de mogelijkheid vermeld tot het instellen van het beroep, alsook de bepalingen uit het schoolreglement die hier betrekking op hebben.

Artikel 19Tuchtdossier

Een tuchtdossier van een leerling wordt opgesteld en bijgehouden door de directeur.

Het tuchtdossier omvat een opsomming van:

-de gedragingen 

-de reeds genomen ordemaatregelen;

-de gedragingen die niet overeenstemmen met het individueel begeleidingsplan;

-de reacties van de ouders op eerder genomen maatregelen;

-het gemotiveerd advies van de klassenraad;

-het tuchtvoorstel en de bewijsvoering ter zake.

Artikel 20Beroepsprocedure tegen definitieve uitsluiting

§ 1Ouders kunnen een beslissing tot definitieve uitsluiting betwisten en 

kunnen een beroepsprocedure instellen. De ouders stellen het beroep in bij 

het schoolbestuur. 

Dit beroep moet binnen de vijf schooldagen na kennisneming van de feiten 

aangetekend ingediend worden bij het schoolbestuur.

Het beroep:

-wordt gedateerd en ondertekend 

-vermeldt ten minste het voorwerp van beroep met omschrijving en motivering van de ingeroepen bezwaren. 

-kan aangevuld worden met overtuigingsstukken 

§ 2Het beroep wordt behandelddoor een beroepscommissie , opgericht door het schoolbestuur.

§ 3De beroepscommissie bestaat uit een delegatie van externe leden en een delegatie vaninterne leden en wordt in functie van een concreet beroep samengesteld door het college van burgemeester en schepenen.

§ 4De voorzitter wordt door het College van burgemeester en schepenen onder de externe leden aangeduid

Het schoolbestuur bepaalt de samenstelling van de beroepscommissie, met inachtneming van volgende bepalingen:

1° de samenstelling van de beroepscommissie kan per te behandelen dossier verschillen, maar kan binnen het te behandelen dossier niet wijzigen;

2° de samenstelling is als volgt: 

-“interne leden”, zijnde leden intern aan het schoolbestuur of intern aan de school waar de betwiste beslissing tot definitieve uitsluiting is genomen, met uitzondering van de directeur die de beslissing heeft genomen; 

Wordt verstaan onder lid van het schoolbestuur of de school en is dus een intern lid van de beroepscommissie in het gesubsidieerd gemeentelijk onderwijs:

-een lid van de gemeenteraad

een lid van het college van burgemeester en schepenen

-(in voorkomend geval) een lid van de raad van bestuur van het 

autonoom gemeentebedrijf

(in voorkomend geval) een lid van het directiecomité van het 

autonoom gemeentebedrijf

een door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerd personeelslid 

aangesteld in de betrokken school:

oin een ambt van het bestuurspersoneel, het onderwijzend personeel of het ondersteunend personeel

oongeacht het volume of taakinvulling van de opdracht 

oongeacht effectieve prestaties worden geleverd of een vorm van dienstonderbreking/verlofstelsel, terbeschikkingstelling (TBS) of tijdelijk andere opdracht (TAO) loopt

een contractueel personeelslid van de betrokken school.

-“externe leden”, elk lid van de beroepscommissie dat geen lid is van het betrokken schoolbestuur én geen lid is van de betrokken school is een extern lid van de beroepscommissie.

Personeelsleden van andere scholen van hetzelfde schoolbestuur (of een ander schoolbestuur) die niet aangesteld zijn in de betrokken school zijn externe leden. 

In voorkomend geval en voor de toepassing van deze bepalingen:

a) wordt een persoon die vanuit zijn hoedanigheden zowel een intern lid als een extern lid is, geacht een intern lid te zijn;

b) wordt een lid van de ouderraad of, met uitzondering van het personeel, de school- raad van de school waar de betwiste beslissing tot definitieve uitsluiting is genomen, geacht een extern lid te zijn, tenzij de bepaling vermeld in punt a) van toepassing is;

De werking van de beroepscommissie

Het schoolbestuur bepaalt de werking, met inbegrip van de stemprocedure, van een 

beroepscommissie, met inachtneming van volgende bepalingen:

elk lid van een beroepscommissie is in beginsel stemgerechtigd, met dien verstande dat bij stemming het aantal stemgerechtigde interne leden van de beroepscommissie en het aantal stemgerechtigde externe leden van de beroepscommissie gelijk moet zijn; bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend;

2° elk lid van een beroepscommissie is aan discretieplicht onderworpen;

een beroepscommissie hoort de ouders in kwestie;

4° een beroepscommissie beslist autonoom over de stappen die worden gezet om tot een gefundeerde beslissing te komen, waaronder eventueel het horen van een of meer leden van de klassenraad die een advies over de definitieve uitsluiting heeft gegeven;

5° de werking van een beroepscommissie kan geen afbreuk doen aan de statutaire rechten van de individuele personeelsleden van het onderwijs;

6° een beroepscommissie oordeelt of de genomen beslissing alleszins in overeenstemming is met de decretale en reglementaire onderwijsbepalingen en met het schoolreglement.

Het schoolbestuur aanvaardt de verantwoordelijkheid voor deze beslissing van de 

beroepscommissie.

§ 5Het beroep door een beroepscommissie kan leiden tot:

1° de gemotiveerde afwijzing van het beroep op grond van onontvankelijkheid als:

a) de in het schoolreglementopgenomentermijn voor indiening van het beroep is overschreden;

b) het beroep niet voldoet aan de vormvereisten opgenomen in het schoolreglement;

2° de bevestiging van de definitieve uitsluiting,

3° de vernietiging van de definitieve uitsluiting. 

§ 6Het resultaat van het beroep wordt gemotiveerd en aangetekend aan de ouders bezorgd binnen de drie schooldagen na de beslissing van de beroepscommissie.

Bij de kennisgeving van de beslissing moeten de beroepsmogelijkheden bij de Raad van State worden vermeld. 

Termijn en modaliteiten:

Het verzoekschrift moet het opschrift "verzoekschrift tot nietigverklaring" dragen. Het moet worden ondertekend door de verzoekende partij of door haar advocaat. Het moet zeker de volgende gegevens en uiteenzettingen bevatten:

de naam en het adres van elke verzoekende partij;

een uitdrukkelijk gekozen woonplaats, dit is een adres in België dat zal worden gebruikt voor alle briefwisseling over het beroep;

de beslissing waarvan de nietigverklaring wordt gevraagd;

de verwerende partij, dit is de overheid die deze beslissing heeft genomen;

een uiteenzetting van de feitelijke omstandigheden van de zaak;

een uiteenzetting van de ‘middelen’, waarin wordt uitgelegd welke rechtsregels er werden geschonden en op welke wijze.

Er moet een kopie van de bestreden beslissing worden bijgevoegd. Als de verzoekende partij een rechtspersoon is, moet er een kopie worden bijgevoegd van de gepubliceerde statuten en van de gecoördineerde geldende statuten. Als het verzoekschrift van een rechtspersoon niet door een advocaat wordt ingediend, moet ook de beslissing van het bevoegde orgaan van de rechtspersoon om het beroep in te dienen worden voorgelegd, evenals een kopie van de aanstelling van dat orgaan. De verplicht bij te voegen stukken, evenals alle andere stukken die ter staving van het beroep zouden worden bijgevoegd, moeten worden genummerd en worden opgenomen in een inventaris.

Het verzoekschrift wordt ofwel per post aangetekend verzonden naar de griffie van de Raad van State, Wetenschapsstraat 33 te 1040 Brussel, ofwel wordt het ingediend volgens de elektronische procedure (zie daarvoor de rubriek "e-procedure" op deze website). Bij een verzending per post moeten er naast het origineel verzoekschrift steeds drie eensluidend verklaarde afschriften worden bezorgd, te vermeerderen met een afschrift voor iedere verwerende partij. De beroepen tot nietigverklaring moeten worden ingediend binnen een vrij korte termijn van zestig dagen na de bekendmaking, betekening of kennisname van de beslissing.

Als er verplichte vermeldingen of bij te voegen stukken of afschriften ontbreken zal de behandeling zeker vertraging oplopen, en bestaat bovendien het risico dat het beroep onontvankelijk zal moeten worden bevonden, en dus niet zal kunnen worden behandeld.

Per verzoekende partij moet er een recht van 200 euro worden betaald binnen een termijn van 30 dagen. Na de ontvangst van het verzoekschrift bezorgt de griffie daartoe een overschrijvingsformulier.

§ 7Bij overschrijding van deze vervaltermijn is de omstreden definitieve uitsluiting van rechtswege nietig.

§ 8Het beroep schort de uitvoering van de beslissing tot definitieve uitsluiting niet op.

Hoofdstuk 9 Getuigschrift basisonderwijs

Artikel 21Het getuigschrift toekennen

Het schoolbestuur kan een getuigschrift basisonderwijs uitreiken, op voordracht en na beslissing van de klassenraad Het getuigschrift wordt toegekend uiterlijk op 30 juni van het lopende schooljaar, of na een beroepsprocedure.

De klassenraad beslist op een gemotiveerde wijze of een regelmatige leerling in voldoende mate de doelen uit het leerplan die het bereiken van de eindtermen beogen, heeft bereikt om het getuigschrift basisonderwijs te verwerven. 

Er bestaat geen minimumleeftijd om het getuigschrift basisonderwijs te behalen. 

De regelmatige leerling ontvangt het getuigschrift basisonderwijs indien uit het leerlingendossier blijkt dat de leerling bij het voltooien van het lager onderwijs de doelen opgenomen in het leerplan in voldoende mate heeft bereikt.

Artikel 22Het getuigschrift niet toekennen

Als de klassenraad het getuigschrift niet toekent, motiveert hij zijn beslissing 

op basis van het leerlingendossier en deelt het schoolbestuur dit uiterlijk op 

30 juni van het lopende schooljaar aangetekend of tegen afgiftebewijs mee 

aan de ouders. 

Een leerling die het getuigschrift basisonderwijs niet behaalt, krijgt een 

verklaring met de vermelding van het aantal en de soort van gevolgde 

schooljaren lager onderwijs. Naast deze verklaring heeft de leerling recht op 

een schriftelijke motivering waarom het getuigschrift basisonderwijs niet werd 

toegekend, alsook aandachtspunten voor de verdere schoolloopbaan. 

Ouders die niet akkoord gaan met deze beslissing, kunnen uiterlijk binnen de 

drie werkdagen een overleg vragen met de directeur De bedoeling van dit 

overleg is om alsnog tot een overeenkomst te komen zonder dat de formele 

beroepsprocedure opgestart moet worden.

Dit overleg vindt plaats binnen de twee werkdagen na de aanvraag tot gesprek.

De school kan dit overleg niet weigeren en er moet een schriftelijk verslag van 

gemaakt worden. In dit verslag wordt meteen opgenomen of de 

directeur de klassenraad al dan niet opnieuw samenroept.

Wanneer de ouders niet akkoord gaan met de beslissing (hetzij om de 

klassenraad niet bijeen te roepen, hetzij om het getuigschrift niet toe te 

kennen), dan wijst de school de ouders schriftelijk op de mogelijkheid tot 

beroep bij de beroepscommissie. 

Indien de klassenraad bij zijn oorspronkelijke beslissing blijft, wordt zij opnieuw 

gemotiveerd en door het schoolbestuur aangetekend meegedeeld aan de 

ouders, uiterlijk binnen de drie werkdagen . Wanneer de ouders niet akkoord gaan met de beslissing dan wijst de school de ouders schriftelijk op de mogelijkheid tot beroep bij de beroepscommissie.

Artikel 23Beroepsprocedure

§ 1Ouders kunnen het niet-toekennen van een getuigschrift door de klassenraad betwisten en kunnen een beroepsprocedure instellen, na voorgaande stappen, zoals beschreven in artikel 23 .

Dit beroep moet door de ouders aangetekend en binnen de vijf werkdageningediend worden bij het schoolbestuur.

Het beroep: 

-wordt gedateerd en ondertekend; 

-vermeldt ten minste het voorwerp van beroep met omschrijving en motivering van de ingeroepen bezwaren;

-kan aangevuld worden met overtuigingsstukken; 

§ 2Het beroep wordt behandeld door een beroepscommissie, opgericht door het schoolbestuur.

Het schoolbestuur stelt de beroepscommissie samen, met inachtneming van 

volgende bepalingen:

1° de samenstelling kan per te behandelen dossier verschillen, doch kan binnen het te behandelendossier niet wijzigen;

2° de samenstelling is als volgt: 

-“interne leden”, zijnde leden van de klassenraad die besliste het getuigschrift basisonderwijsniet toe te kennen, waaronder alleszins de directeur eventueel aangevuld met een lid van het schoolbestuur

-“externe leden”, zijnde personendie extern zijn aan dat schoolbestuur en externaan de school die besliste het getuigschrift basisonderwijs niet uit te reiken.

In voorkomend geval en voor de toepassing van deze bepalingen:

a) wordt een persoon die vanuit zijn hoedanigheden zowel een intern lid als een extern lid is, geacht een intern lid te zijn;

b) wordt een lid van de ouderraad of, met uitzondering van het personeel, de schoolraad van de school die besliste het getuigschrift basisonderwijs niet toe te kennen, geacht een extern lid te zijn, tenzij de bepaling vermeld in punt a) van toepassing is;

3° de voorzitter wordt door het schoolbestuur onder de externe leden aangeduid.

4° Het schoolbestuur bepaalt de werking, met inbegrip van de stemprocedure, van de beroepscommissie, met inachtneming van volgende bepalingen:

1° elk lid van een beroepscommissie is in beginsel stemgerechtigd, met dien verstande dat bij stemming het aantal stemgerechtigde interne leden van de beroepscommissie en het aantal stemgerechtigde externe leden van de beroepscommissie gelijk moet zijn; bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend;

2° elk lid van een beroepscommissie is aan discretieplicht onderworpen;

3° een beroepscommissie hoort de ouders in kwestie;

4° een beroepscommissie beslist autonoom over de stappen die worden gezet om tot een gefundeerde beslissing te komen, waaronder eventueel het horen van een of meer leden van de klassenraad die het getuigschrift basisonderwijs niet toegekend heeft;

5° de werking van een beroepscommissie kan geen afbreuk doen aan de statutaire rechten van individuele personeelsleden van het onderwijs;

6° een beroepscommissie oordeelt of de genomen beslissing alleszins in overeenstemming is met de reglementaire onderwijsbepalingen en met het schoolreglement.

§ 3De beroepscommissie komt bijeen uiterlijk tien werkdagen na het ontvangen van het beroep.

De beroepsprocedure wordt voor de duur van zes weken opgeschort met ingang van 11 juli.

§ 4Het beroep door een beroepscommissie kan leiden tot:

1° de gemotiveerde afwijzing van het beroep op grond van onontvankelijkheid als:

a) de in het schoolreglement opgenomen termijn voor indiening van het beroep is overschreden;

b) het beroep niet voldoet aan de vormvereisten opgenomen in het schoolreglement;

2° de bevestiging van het niet toekennen van het getuigschrift basisonderwijs;

3° de toekenning van het getuigschrift basisonderwijs. 

Het schoolbestuur aanvaardt de verantwoordelijkheid voor de beslissing van de beroepscommissie.

§ 5Het resultaat van het beroep wordt gemotiveerd en aangetekend aan de ouders bezorgd, gebracht, uiterlijk op 15 september daaropvolgend, met vermelding van de verdere beroepsmogelijkheid bij de Raad van State (termijn en modaliteiten – zie artikel 20§6).

In de mate van het mogelijke wordt de beslissing vroeger dan de eerste schooldag van september genomen, zodat de leerling op 1 september het schooljaar kan beginnen.

§ 6De ouders kunnen zich gedurende de procedure laten bijstaan door een raadsman.Dit kan geen personeelslid van de school zijn.

Artikel 24

Iedere leerling die bij het voltooien van het lager onderwijs geen getuigschrift basisonderwijs krijgt, heeft recht op een schriftelijke motivering met inbegrip van bijzondere aandachtspunten voor de verdere schoolloopbaan, en een verklaring met de vermelding van het aantal en de gevolgde schooljaren lager onderwijs, afgeleverd door de directie. 

Artikel 25

Het meegeven van het getuigschrift en rapport kan om geen enkele reden worden ingehouden, ook niet bij verzuim door de ouders van hun financiële verplichtingen.

Hoofdstuk 10 Onderwijs aan huis en synchroon internetonderwijs

Artikel 26

§ 1Het onderwijs aan huis en synchroon internetonderwijs zijn kosteloos.

§ 2Alle leerlingen van het basisonderwijs (kleuter- en lager onderwijs) die wegens ziekte langdurig of korte opeenvolgende periodes niet op school aanwezig kunnen zijn, hebben onder bepaalde voorwaarden recht op 4 lestijden onderwijs aan huis per week, synchroon internetonderwijs of een combinatie van beide.

§3Voor tijdelijk onderwijs aan huis dienen volgende voorwaarden gelijktijdig te zijn vervuld:

1.de leerling is meer dan eenentwintig opeenvolgende kalenderdagen afwezig, vakantieperiodes meegerekend, wegens ziekte of ongeval, of de leerling is chronisch ziek en is negen halve dagen afwezig;

2.de ouders (of de personen die de minderjarige in rechte of in feite onder hun bewaring hebben) dienen een schriftelijke aanvraag in bij de directeur van de school.

3.de afstand tussen de school en de verblijfplaats van de betrokken leerling bedraagt ten hoogste tien kilometer.

4.Bij een chronische ziekte kan het tijdelijk onderwijs aan huis ook gedeeltelijk op school georganiseerd worden. Dit is mogelijk na een akkoord tussen de ouders en de school en vindt plaats buiten de normale schooluren en niet tijdens de middagpauze. 

§ 4De aanvraag voor tijdelijk onderwijs aan huis , gebeurt door de ouders, per brief of via een specifiek aanvraagformulier.

Bij die aanvraag gaat een medisch attest waarop de arts attesteert dat de leerling of naar school kan gaan (bij langdurige afwezigheid wegens ziekte of ongeval) of waarop de arts-specialist attesteert dat de leerling lijdt aan een chronische ziekte, maar wel onderwijs mag krijgen. 

Die aanvraag van de ouders en de medische vaststelling van de chronische ziekte door de arts-specialist moet niet bij elke afwezigheid of bij elke periode van 9 halve dagen afwezigheid opnieuw gebeuren, maar blijft geldig gedurende de volledige periode van de inschrijving van de leerling op school. 

§5De school zal de ouders individueel op de hoogte brengen van het bestaan en de mogelijkheden van het TOAH, van zodra duidelijk is dat de leerling in aanmerking zal komen voor het TOAH. Kleuters, jonger dan 5 jaar, zijn nog niet leerplichtig, dit neemt niet weg dat ook de ouders van deze doelgroep geïnformeerd worden over TOAH.

Indien aan al deze voorwaarden is voldaan, zal de school de dag na het ontvangen van de aanvraag en vanaf de tweeëntwintigste kalenderdag afwezigheid en voor de verdere duur van de afwezigheid van het kind, voor vier lestijden per week onderwijs aan huis verstrekken.

Bij chronisch zieke kinderen is onderwijs aan huis mogelijk telkens het kind negen halve dagen (hoeven niet aan te sluiten) afwezig was.

§6Bij verlenging van de afwezigheid moeten de ouders opnieuw een schriftelijke aanvraag, vergezeld van een medisch attest, indienen bij de directeur.

Bij chronisch zieke leerlingen hoeft er niet telkens opnieuw een medisch attest voorgelegd worden en volstaat een schriftelijke aanvraag van de ouders.

§7Kinderen die na een periode van onderwijs aan huis, de school hervatten, maar binnen een termijn van 3 maanden opnieuw afwezig zijn wegens ziekte, hebben onmiddellijk recht op onderwijs aan huis, synchroon internetonderwijs of een combinatie van beiden. Wel moet het onderwijs aan huis opnieuw worden aangevraagd .

§8De concrete organisatie wordt bepaald na overleg met de directeur.

§9De centrale organisator voor synchroon internetonderwijs is vzw Bednet.Bednet bepaalt autonoom welke leerlingen in aanmerking komen voor synchroon internetonderwijs op basis van een aantal criteria, waaronder de ondersteuningsbehoefte van de leerling en het positief engagement van de leerling, de ouders, de school en het CLB.

§10Bij een langdurige afwezigheid wordt een minimale afwezigheid van 4 weken vooropgesteld vooraleer de leerling recht heeft op synchroon internetonderwijs. 

§11Bij een frequente afwezigheid wordt een minimale geplande afwezigheid van 36 halve dagen op jaarbasis vooropgesteld vooraleer een leerling recht heeft op synchroon internetonderwijs.

§12Synchroon internetonderwijs kan door alle betrokkenen bij de 

begeleiding van de leerling aangevraagd worden via de webstek van vzw 

Bednet: http://www.bednet.be/aanvraag-aanmaken

Hoofdstuk 11 Schoolraad, ouderraad en leerlingenraad

Artikel 27

De schoolraad wordt samengesteld uit vertegenwoordigers van de volgende geledingen:

1° de ouders;

2° het personeel;

3° de lokale gemeenschap

Artikel 28

Er wordt een ouderraad opgericht, wanneer ten minste tien procent van de 

ouders erom vraagt. Het moet gaan over ten minste drie ouders.

De leden van de ouderraad worden verkozen door en uit ouders. Iedere ouder 

kan zich verkiesbaar stellen en kan één stem uitbrengen. 

Artikel 29

De school richt jaarlijks een leerlingenraad op. 

Werking: zie infobrochure. 

Hoofdstuk 12 Leerlingengegevens, privacy en gegevensbescherming

Artikel 30Gegevensbescherming en informatieveiligheid

De school verwerkt persoonsgegevens van leerlingen en ouders in het kader van haar opdracht. Het schoolbestuur is de eindverantwoordelijke voor deze verwerking en de veiligheid ervan.

Het schoolbestuur en de school leven de verplichtingen na die voortvloeien uit de regelgeving inzake privacy en gegevensbescherming en gaan zorgvuldig om met deze persoonsgegevens. Het schoolbestuur zorgt voor een afdoend niveau van gegevensbescherming en informatieveiligheid. Het beschikt hiervoor over een informatieveiligheidsconsulent. De school heeft een aanspreekpunt dat in contact staat met de informatieveiligheidsconsulent en betrokken wordt in het informatieveiligheidsbeleid van het schoolbestuur (wat onderwijs betreft). 

De school zal enkel gegevens verwerken met de toestemming van de ouders, tenzij er een andere wettelijke grondslag is voor de verwerking. Deze toestemming moet vrij, specifiek, geïnformeerd en ondubbelzinnig zijn. 

Over het gebruik van social media in de klas worden afspraken gemaakt.

De school is transparant over de verwerking van persoonsgegevens en verstrekt de nodige informatie, al dan niet in detail, met inbegrip van de afspraken die gemaakt zijn met derden en bewerkers die persoonsgegevens ontvangen.

Verder hanteert de school een strikt beleid inzake toegangsrechten en paswoorden en reageert ze adequaat op datalekken.

De meer concrete regels voor de gegevensverwerking en -bescherming worden vastgelegd in een privacyreglement dat tot doel heeft:

-de persoonlijke levenssfeer van de betrokkenen te beschermen tegen verkeerd en onbedoeld gebruik van de persoonsgegevens;

-vast te stellen welke persoonsgegevens worden verwerkt en met welk doel dit gebeurt;

-de zorgvuldige verwerking van persoonsgegevens te waarborgen;

-de rechten van betrokkene te waarborgen.

De meest recente versie van deze privacyverklaring is te raadplegen via de website van het schoolbestuur.

De protocollen die in het kader van de privacy-reglementering worden afgesloten, zijn gepubliceerd op de website van de school en/of gemeente.

Personeelsleden van de school waar de leerling met een verslag of een gemotiveerd verslag ingeschreven is of de lessen volgt, hebben recht op inzage van het verslag of het gemotiveerde verslag uit het multidisciplinaire dossier van de leerling. Dat recht op inzage geldt ook voor de personeelsleden van de school voor buitengewoon onderwijs die in het kader van het ondersteuningsmodel instaan voor de begeleiding van de leerling met een verslag of een gemotiveerd verslag. Bij elke inzage wordt de regelgeving over de bescherming van natuurlijke personen bij de verwerking van persoonsgegevens toegepast. 

Artikel 31

Meedelen van leerlingengegevens aan ouders

Ouders hebben recht op inzage en recht op toelichting bij de gegevens die op de leerling betrekking hebben, waaronder de evaluatiegegevens, die worden verzameld door de school. Indien na de toelichting blijkt dat de ouders een kopie willen van de leerlingengegevens, hebben ze kopierecht. Iedere kopie dient persoonlijk en vertrouwelijk behandeld te worden, mag niet verspreid worden noch publiek worden gemaakt en mag enkel gebruikt worden in functie van de onderwijsloopbaan van de leerling.

Ouders kunnen zich daarnaast beroepen op de wetgeving op openbaarheid van bestuur die voorziet in een recht op inzage, toelichting en/of kopie. Hiertoe richten ze een vraag tot college van burgemeester en schepenen dat bekijkt of toegang kan worden verleend. 

Als een volledige inzage in de leerlingengegevens een inbreuk is op de privacy van een derde, dan wordt de toegang tot deze gegevens verstrekt via een gesprek, gedeeltelijke inzage of rapportage.

Artikel 32

Meedelen van leerlingengegevens aan derden

De school zal geen leerlingengegevens meedelen aan derden, tenzij voor de toepassing van een wettelijke of reglementaire bepaling of in het kader van een overeenkomst die de school afsluit met een verwerker voor leerplatformen, leerlingenvolgsystemen, leerlingenadministratie e.d.m.

Gemeenteraadsleden hebben het recht op inzage in alle dossiers, stukken en akten die het bestuur van het gemeentelijk onderwijs betreffen overeenkomstig artikel 29 van het decreet over het lokaal bestuur. Dit betekent dat gemeenteraadsleden inzage hebben in alle dossiers, stukken en akten die nodig zijn om het bestuur van het gemeentelijk onderwijs te controleren en die van gemeentelijk/gemengd belang zijn (individuele leerlingendossiers vallen hier niet onder). 

Bij de uitoefening van het inzagerecht, kunnen er persoonsgegevens verwerkt worden, in voorkomend geval moet er rekening worden gehouden met de algemene verordening gegevensbescherming.

Ook in het kader van het lidmaatschap bij de Onderwijskoepel van Steden en Gemeenten (OVSG) en de daaruit voortvloeiende dienstverlening kunnen er leerlingengegevens worden meegedeeld.

Bij verandering van school door een leerling worden tussen de betrokken scholen leerlingengegevens overgedragen naar de nieuwe school op voorwaarde dat:

1° de gegevens enkel betrekking hebben op de leerlingspecifieke onderwijsloopbaan;

2° de overdracht gebeurt in het belang van de leerling;

3° ouders zich niet expliciet verzet hebben, tenzij de regelgeving de overdracht verplicht telt.

Ouders kunnen, op hun verzoek, deze gegevens inzien. 

Een kopie van een verslag of een gemotiveerd verslag van een CLB moet verplicht overgedragen worden van de oude school naar de nieuwe school. Ouders kunnen zich tegen deze overdrachten niet verzetten. 

Gegevens die betrekking hebben op schending van leefregels door de leerling mogen nooit aan de nieuwe school doorgegeven worden.

Artikel 33

Geluids- en beeldmateriaal gemaakt door de school.

De school kan geluids- en beeldmateriaal van leerlingen maken en publiceren.

Voor het maken en publiceren van niet-gericht geluids- en beeldmateriaal in schoolgerelateerde publicaties zoals de website van de school of gemeente, publicaties die door de school of gemeente worden uitgegeven, wordt de toestemming van de leerlingen/ouders vermoed. Onder niet-gericht geluids- en beeldmateriaal verstaan we geluids- en beeldmateriaal dat een eerder spontane, niet geposeerde sfeeropname weergeeft zonder daarvoor specifiek één of enkele personen eruit te lichten. Het gaat bijvoorbeeld om een groepsfoto tijdens een activiteit van de school. De betrokken leerlingen/ouders kunnen schriftelijk hun toestemming weigeren.

Voor het maken en publiceren van gericht geluids- en beeldmateriaal zal voorafgaandelijk de toestemming van de leerling/ouders worden gevraagd. Hierbij worden het soort geluids- of beeldmateriaal, de verspreidingsvorm en het doel gespecificeerd.

Hoofdstuk 13ICT-materiaal ter beschikking gesteld door de school, Smartphone, eigen tablet /laptop, trackers of andere gelijkaardige toestellen, internet en sociale media

Artikel 34

ICT-materiaal ter beschikking gesteld door de school:

De school stelt een laptop/chromebook/computer (hierna ICT- materiaal) ter 

beschikking van de leerling. Deze blijft eigendom van de school.

De leerling gaat met het ICT-materiaal zorgvuldig (als een goede huisvader) om 

en is verantwoordelijk voor het correcte gebruik en beheer ervan.

De leerling kan aansprakelijk worden gesteld voor schade aan de apparatuur 

ontstaan door verwijtbare nalatigheid of onachtzaamheid.

Bij vervanging van het toestel door diefstal of verlies worden de kosten 

doorgerekend aan de leerling wanneer er sprake is van bedrog, een zware 

fout of nalatigheid.

Het ICT-materiaal is strikt persoonlijk en de leerling zal deze niet aan derden 

ter beschikking stellen, verpanden noch op enige andere wijze vervreemden.

Het ICT-materiaal wordt uitsluitend gebruikt voor de uitoefening van 

werkzaamheden en het volgen van lessen. Het is de leerling verboden dit te 

gebruiken voor activiteiten die in strijd zijn met de doelstellingen van de 

school.

De leerling gebruikt het ICT-materiaal op een wettelijke manier met respect 

voor het auteursrecht en de privacy.

Het is aan de leerling verboden zelf software in de apparatuur in te brengen.

Bij beëindiging van het schoolverband wordt het ICT-materiaal in goede staat 

aan de school teruggegeven. Zoniet verbindt de leerling zich er toe de 

vervangingswaarde ervan aan de school te betalen.

Artikel 35

Alleen buiten de schoolgebouwen mogen smartphone, eigen tablet, eigen 

laptop, trackers of enige andere gelijkaardige toestellen gebruikt worden. 

Als ouders of leerlingen elkaar dringend nodig hebben tijdens de schooldag, 

kunnen ze terecht op het secretariaat van de school.

Artikel 36

Elke leerling draagt zorg voor zijn toestel. Het IMEI nummer van het toestel 

wordt genoteerd in de schoolagenda. Dit helpt het opsporen van een 

verdwenen toestel.

Artikel 37

Elke leerling zorgt ervoor dat de privacy-instellingen van zijn toestel zo 

afgesteld zijn dat ze de privacy van anderen niet kunnen schenden.

Artikel 38

Het is niet toegestaan om beeld- of geluidsopnamen te maken op het domein 

van de school zonder toestemming van de school. Overeenkomstig de 

privacywetgeving mogen er geen beeld- of geluidsopnamen van 

medeleerlingen, personeelsleden of andere personen gemaakt worden of 

verspreid zonder hun uitdrukkelijke toestemming.

Artikel 39

Onder sociale media worden websites zoals Facebook, Instagram, Twitter, enz. 

verstaan. Er worden geen films, geluidsfragmenten, foto’s enz. op sociale 

websites geplaatst die betrekking hebben op de school zonder dat daar 

uitdrukkelijk toestemming voor wordt gegeven door de school. Dit geldt voor 

de leerlingen, ouders en grootouders en alle personen die onder hetzelfde dak 

wonen als de leerling.

Artikel 40

Bij communicatie via sociale media worden de normale fatsoennormen in acht 

genomen. Cyberpesten is verboden.

Artikel 41

Het downloaden, installeren en verdelen van illegale software op school is 

verboden.

Artikel 42

Het internet van de school mag alleen gebruikt worden voor schoolse 

aangelegenheden.

Hoofdstuk 14 Absoluut en permanent algemeen rookverbod

Artikel 43

Er is een absoluut en permanent verbod op het roken van tabak of van 

soortgelijke producten (onder andere de shisha pen, de e-sigaret of heatstickx, …). 

Dit verbod geldt binnen de volledige instelling, met inbegrip van zowel de 

gebouwen als de speelplaatsen, sportterreinen en andere open ruimten.

Er is eveneens een absoluut en permanent verbod op het roken van tabak of 

van soortgelijke producten tijdens extramuros-activiteiten.

Bij overtreding van deze bepaling 

-zal de leerling gesanctioneerd worden volgens het orde- en tuchtreglement opgenomen in dit schoolreglement;

-zullen ouders en/of bezoekers verzocht worden te stoppen met roken of het schooldomein te verlaten.

Hoofdstuk 15Leerlingenbegeleiding

Artikel 44

Vrij CLB Voor- en Noorderkempen is het centrum voor leerlingenbegeleiding 

dat verbonden is aan de school. Zij bieden gratis informatie, hulp en 

begeleiding aan leerlingen, ouders en school. 

Binnen het CLB werken psychologen, pedagogen, maatschappelijk werkers, 

paramedisch werkers en artsen multidisciplinair samen.

Het CLB werkt op verschillende vlakken samen met de school, maar is geen 

deel van de school. 

Ze werken onafhankelijk, dus je kan ook rechtstreeks naar CLB gaan. 

Leerlingen jonger dan 12 jaar, hebben toestemming van hun ouders nodig om 

bij het CLB in begeleiding te komen. 

Het CLB van onze school is Vrij CLB Voor- en Noorderkempen (VNK)

www.vclbvnk.be

De Zwaan 28

2930 Brasschaat

+32 3 651 88 85

brasschaat@vclbvnk.be

Nieuwstraat 67

2910 Essen

+32 3 667 28 28

essen@vclbvnk.be

Kerkhofstraat 29

2110 Wijnegem

+32 3 353 93 91

wijnegem@vclbvnk.be

Openingsuren

Elke werkdag van 8.30u tot 12u en van 13u tot 16.30u

Kijk voor de sluitingsperiodes op de www.vclbvnk.be. 

Waarvoor kan je terecht? 

Elke leerling kan (met of zonder ouders) naar het CLB…

oals hij /zij ergens mee zit of zich niet goed in zijn vel voelt;

oals er problemen zijn met leren;

ovoor hulp bij studie- en beroepskeuze;

omet vragen over de gezondheid…

Een deel van wat het CLB doet is verplicht, namelijk…

omedische contactmomenten;

omaatregelen bij besmettelijke ziekten; 

oopvolgen leerplicht;

ohet signaleren van bepaalde problemen of onregelmatigheden in het beleid van de school en het bieden van versterking aan de school bij problemen van individuele leerlingen of een groep leerlingen.

In bepaalde trajecten is tussenkomst van het CLB noodzakelijk, onder andere…

oom vroeger of later aan de lagere school te beginnen;

ovoor een ondersteuningsaanvraag bij het ondersteuningsnetwerk;

ovoor een overstap naar het buitengewoon onderwijs;

ovoor specifieke jeugdhulp, rechtstreeks of niet rechtstreeks toegankelijk

De contactmomenten en vaccinaties

Elke leerling heeft verschillende keren een contactmoment bij de CLB-arts 

en/of de paramedisch werker. 

Het CLB biedt ook gratis inentingen aan. Daarbij wordt het 

vaccinatieprogramma gevolgd dat door de overheid is aanbevolen. Om 

inentingen te kunnen geven, heeft het CLB een schriftelijke toestemming 

nodig.

Een overzicht van de medische contactmomenten en soorten inentingen vind 

je terug op de website www.vrijclb.be 

Tijdens het contactmoment mag je aan de paramedisch werker en de arts altijd 

vragen stellen. 

CLB-dossier

Wat staat in het dossier?

Elke leerling heeft een CLB-dossier. Daarin komen de gegevens van de 

contactmomenten en alles wat met leerlingbegeleiding te maken heeft. 

Het CLB houdt zich uiteraard aan de regels:

in het dossier komen naast medische gegevens enkel gegevens die nodig zijn voor de begeleiding; 

de gegevens worden met de nodige discretie en zorgvuldigheid behandeld; 

CLB- medewerkers houden zich aan het beroepsgeheim en het ‘decreet rechtspositie minderjarigen’;

Voor de verwerking van de gegevens waarover wij beschikken houden wij ons aan de toepasselijke regelgeving, o.m. de regelgeving inzake de leerlingenbegeleiding, de regelgeving inzake de privacy.Deze regelgeving voorziet o.m. een recht om je gegevens op elk moment in te kijken, te verbeteren, te vragen om ze door te geven.

Het dossier inkijken?

Voor leerlingen jonger dan 12 jaar, mogen de ouders of de 

opvoedingsverantwoordelijken het dossier inkijken.

Vanaf 12 jaar mag een leerling zelf zijn CLB-dossier inkijken als we vinden dat 

de leerling deze informatie kan begrijpen. Ouders of 

opvoedingsverantwoordelijken mogen het dossier dan enkel inkijken mits 

toestemming van de leerling. 

Inkijken gebeurt altijd tijdens een gesprek waarin uitleg gegeven wordt. Je kan 

een kopie vragen van de gegevens die je mag inkijken. Die kopie is 

vertrouwelijk en mag alleen gebruikt worden in het kader van jeugdhulp. 

Je kan vragen om sommige gegevens niet in het dossier op te nemen. Daarvoor 

moet je een ernstige reden hebben. Het mag bovendien niet gaan om 

gegevens die verplicht moeten verwerkt worden, zoals leerplichtbegeleiding 

en de resultaten van de contactmomenten. 

Naar een andere school?

Wanneer je naar een andere school gaat die niet door Vrij CLB Voor- en 

Noorderkempen (VNK) begeleid wordt, dan gaat het CLB- dossier naar het CLB 

waar de nieuwe school mee samenwerkt. Je kan je daartegen verzetten. 

Sommige gegevens worden echter verplicht doorgegeven en kun 

je niet weigeren: identificatiegegevens, gegevens over leerplicht, inentingen en 

contactmomenten.

Als je niet wil dat het hele dossier naar het nieuwe CLB gaat dan moet je dit 

binnen de 10 dagen na inschrijving in de nieuwe school schriftelijk laten 

weten aan VCLB VNK. 

En later?

Een CLB-dossier wordt 10 jaar bijgehouden, te tellen vanaf de laatste CLB-

tussenkomst. Daarna wordt het vernietigd.

Een klacht?

Ben je met iets niet tevreden, dan kan je dit telefonisch of schriftelijk melden. 

Het CLB een vaste werkwijze om klachten te behandelen. Deze werkwijze 

garandeert dat elke klacht de nodige aandacht krijgt en met zorg behandeld 

wordt. 

Artikel 45

Multidisciplinair leerlingendossier:

Van iedere leerling wordt een multidisciplinair dossier aangelegd bij het 

begeleidend CLB.

Dit dossier omvat: 

Alle gegevens van de leerling die de CLB-medewerker nodig heeft voor leerlingenbegeleiding(schoolloopbaangegevens, gegevens van systematische contacten, gegevens in kader van leerplichtbegeleiding ...)

Gegevens van Kind en Gezin

Een chronologisch overzicht van alle contacten en tussenkomsten van het CLB

Overdracht van het dossier :

Het multidisciplinaire dossier wordt bij schoolverandering overgedragen 

aan het nieuwe begeleidende CLB.

De ouder, in eigen naam of namens een niet-bekwame minder- of 

meerderjarige leerling als de bekwame minder- of meerderjarige leerlingkan 

zich hiertegen verzetten.

Hoofdstuk 16Campus

Leerlingen die het voorgaande schooljaar ingeschreven waren in de 

kleuterschool, stromen, zonder tegenbericht, door naar de lagere school, 

zonder her-inschrijving.

Artikel 

Deze beslissing wordt bezorgd aan de directeur zodat hij de specifieke regels en afspraken kan opnemen in de infobrochure

Artikel 

Dit besluit wordt bekendgemaakt conform het Decreet Lokaal Bestuur.