Type document
Uittreksel document
Openbare behandeling van agendapunt
05. Politieverordening – uniform gemeentelijk politiereglement (UGP) – afdeling VI – hoofdstuk XVI – deel 1
Aanwezigen bij agendapunt
Aanwezige leden
- Mark Bruurs (Gemeenteraadslid)
- Frans De Bont (Gemeenteraadslid)
- Mano Jansens (Gemeenteraadslid)
- Philip Loots (Gemeenteraadslid)
- Bart Mertens (Gemeenteraadslid)
- Jeroen Raeijmaekers (Gemeenteraadslid)
- Tom Sommen (Gemeenteraadslid)
- Leo Van Tilburg (Gemeenteraadslid)
- Jef Van de Perre (Gemeenteraadslid)
- Jeroen Van den Bogaert (Gemeenteraadslid)
Afwezige leden
- Ann Brosens (Gemeenteraadslid)
Stemmingen bij agendapunt
De leden van de raad stemmen openbaar
stemming over het voorstel van besluit:
Aanwezigen tijdens de stemming
- Mark Bruurs
- Frans De Bont
- Mano Jansens
- Philip Loots
- Bart Mertens
- Jeroen Raeijmaekers
- Tom Sommen
- Jef Van de Perre
- Jeroen Van den Bogaert
- Leo Van Tilburg
Effectieve stemmers
- Mark Bruurs
- Frans De Bont
- Mano Jansens
- Philip Loots
- Bart Mertens
- Jeroen Raeijmaekers
- Tom Sommen
- Jef Van de Perre
- Jeroen Van den Bogaert
- Leo Van Tilburg
Totaal aantal voorstanders: 7
Totaal aantal tegenstanders: 0
Totaal aantal onthoudingen, blanco of ongeldig: 3
Voorstanders
- Frans De Bont
- Mano Jansens
- Philip Loots
- Bart Mertens
- Jeroen Raeijmaekers
- Tom Sommen
- Jeroen Van den Bogaert
Onthoudingen, blanco of ongeldig
- Mark Bruurs
- Jef Van de Perre
- Leo Van Tilburg
Met als gevolg,
goedgekeurd
5. Politieverordening – uniform gemeentelijk politiereglement (UGP) – afdeling VI – hoofdstuk XVI – deel 1
Gelet op de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de bevoegdheden van de gemeenteraad, zoals bepaald in de artikelen 135 §2, 119 en 119bis van de nieuwe gemeentewet en artikel 41,2° van het decreet over het lokaal bestuur;
Gelet op de wettelijke kernopdracht van de gemeenten om ten behoeve van hun inwoners te voorzien in een goede politie op hun grondgebied;
Gelet op de wet van 13 mei 1999 waarbij de gemeentelijke administratieve sancties werden ingevoerd in artikel 119bis van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties, en haar uitvoeringsbesluiten, inzonderheid de artikelen 2 §1, 6 §1 en 45;
Gelet op de omzendbrief OOP 30 bis aangaande de uitvoering van de wetten van 13 mei 1999 tot invoering van gemeentelijke administratieve sancties, van 7 mei 2004 tot wijziging van de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming en de nieuwe gemeentewet en van 17 juni 2004 tot wijziging van de nieuwe gemeentewet (BS 20/01/2005);
Gelet op de omzendbrief nr. COL 6/2005 van het college van Procureurs-generaal bij de Hoven van Beroep en de Arbeidshoven betreffende de gemeentelijke administratieve sancties;
Overwegende dat de zes andere gemeenten van de politiezone al sinds 2006 een uniform gemeentelijke politieverordening, afgekort “UGP”, hebben aangenomen;
Overwegende dat iedere gemeenteraad weliswaar autonoom bevoegd is én dat het soms ook noodzakelijk is om inhoudelijk verschillende bepalingen op te nemen, waardoor uiteindelijk werd gekozen voor een uniforme structuur waarbij de inhoud zoveel als mogelijk identiek is, doch waarbij bepaalde onderdelen afwijkende bepalingen kunnen bevatten;
Overwegende dat de gemeenteraad in huidige zitting een (voorlopig) afgeslankt UGP heeft goedgekeurd;
Overwegende dat de hoofdstukken XV t/m XVII en XXI van afdeling VI van de goedgekeurde UGP volledig gericht zijn op bestuurlijke handhaving;
Overwegende dat in hoofdstuk XVI een exploitatievergunning wordt ingevoerd voor de uitbating van publiek toegankelijke inrichtingen die een inherent risico op overlast en op een verstoring van de openbare orde, veiligheid (o.m. brandveiligheid), rust en gezondheid vormen;
Overwegende dat het opvolgen van de feitelijke verantwoordelijken van dit type inrichtingen noodzakelijk is om de openbare orde te verzekeren, om te voorkomen dat de uitbating van dergelijke inrichtingen uitmondt in reële ordeverstoringen;
Overwegende dat het invoeren van een exploitatievergunning de gemeente de mogelijkheid biedt het toezicht en de handhaving op dergelijke overlastgevende of ordeverstorende instellingen, toegankelijk voor het publiek, te organiseren;
Overwegende dat deze hoofdstukken in de UGP slagkracht geven aan de gemeente om indien nodig tussen te komen en te voorkomen dat dergelijke dreiging zich voordoet;
Overwegende dat, behoudens de inrichtingen die in de UGP vergunningsplichtig zijn in elke gemeente van de politiezone, er in de gemeente Baarle-Hertog nood is om ook de vuurwerkwinkels te onderwerpen aan een exploitatievergunning;
Overwegende dat binnen de bebouwde kom van de gemeente Baarle-Hertog zes vuurwerkwinkels gevestigd zijn;
Overwegende dat vuurwerkwinkels het gehele jaar door vuurwerk mogen verkopen en dit in tegenstelling tot Nederland waar dit slechts toegestaan is de laatste drie dagen van het jaar;
Overwegende dat mede ingevolge deze verschillen in wetgeving en de specifieke enclavesituatie van de gemeente Baarle-Hertog, de gemeente Baarle-Hertog de laatste vier maanden van het jaar geconfronteerd wordt met “vuurwerktoerisme”, het fenomeen waarbij bezoekers hoofdzakelijk vanuit Nederland vuurwerk komen aankopen bij vuurwerkwinkels gevestigd in de gemeente Baarle-Hertog; dat dit fenomeen de laatste jaren alleen maar is toegenomen;
Overwegende dat beide gemeenten om de overlast ten gevolge van het “vuurwerktoerisme” zoveel als mogelijk te beperken ook in 2022 diverse tijdelijke verkeersmaatregelen hebben uitgevaardigd om de volkstoeloop te kanaliseren zoals het instellen van parkeerverboden, het instellen van éénrichtingsstraten, en het afsluiten van een bepaalde straat;
Overwegende dat ondanks deze maatregelen de overlast ervaren en waargenomen door buurtbewoners, politiediensten en gemeentebestuur blijft, met name parkeerdrukte, foutparkeren, het achterlaten van zwerfvuil, verbale intimidatie door klanten van de vuurwerkwinkels;
Overwegende dat voor de periode 1 september 2022 tot en met 31 december 2022 er 424 processen-verbaal inzake verkeersinbreuken werden opgesteld specifiek in de omgeving Kapelstraat-Klokkenstraat-Molenstraat waar vijf van de zes vuurwerkwinkels zijn gevestigd;
Overwegende dat de politie regio Turnhout meer dan 500 manuren gespendeerd heeft aan toezicht en het uitvoeren van controles specifiek gerelateerd aan het “vuurwerktoerisme”;
Overwegende dat het “vuurwerktoerisme” grote overlast veroorzaakt als het gaat om verkeer en bereikbaarheid van hulpdiensten;
Overwegende dat krachtens art. 135, §2 van de nieuwe gemeentewet gemeenten tot taak hebben maatregelen te nemen om de openbare overlast, en ook de openbare zindelijkheid, openbare rust, openbare veiligheid en openbare gezondheid te vrijwaren;
Overwegende dat krachtens art. 119 en 135 §2 van de nieuwe gemeentewet gemeenten een vergunningsbeleid voor bepaalde inrichtingen kunnen invoeren, voor zover de materie niet geregeld is in de hogere wetgeving en voor zover de finaliteit ervan betrekking heeft op het voorkomen van problemen inzake openbare rust, openbare veiligheid, openbare gezondheid, openbare zindelijkheid en overlast; dat indien uit het onderzoek, voorafgaand aan de aflevering van de vergunning, zou blijken dat daartoe redenen zijn, de burgemeester kan weigeren om de vergunning af te leveren;
Overwegende dat indien na de opening van de inrichting blijkt dat er toch problemen zijn in het kader van de openbare orde (rust, veiligheid of gezondheid), openbare zindelijkheid of overlast, het college van burgemeester en schepenen de vergunning kan schorsen of intrekken (art 4 §1 GAS wet);
Overwegende dat de voorzitter op verzoek van raadslid M. Bruurs (CDK) de vergadering om 20.26 uur schorst. De voorzitter heropent de vergadering om 20.28 uur;
Besluit
Het in bijlage bij onderhavige beslissing gevoegde hoofdstuk XVI (Vergunningsplichtige inrichtingen van Afdeling VI (Openbare rust en orde) van de uniform gemeentelijke politieverordening (UGP) goed te keuren en toe te voegen aan de gemeentelijke politieverordening (UGP).